Jk - Monumentenzorg grote werd een tijdlang als afvalkuil gebruikt. De vondsten uit de kuilen en lagen dateren uit de eerste helft van de 13e eeuw. De keramiek- vondsten, meest kleine scherven, bestaan opvallend genoeg wel gro tendeels uit geïmporteerde kera miek uit het Rijnland: kannen van protosteengoed uit Siegburg en Paffrath. Het hoge percentage im portmateriaal wijst ook op het ste delijk karakter van de woonplaats in de 13e eeuw. Dit betekent dat al voor en tijdens de bouw van de eerste bakstenen stadsmuur rond de oude stad er al sprake was van een lintbebouwing langs de uitvalsweg Laarstraat 'ex tra muros' (buiten de muren). De enige aanwijzing voor een 13e- eeuwse datering voor de stedelijke bewoning in de Laarstraat bestond uit de waarneming van de resten van een houten straat tijdens de ri oolvervanging enkele tientallen ja ren geleden. Inmiddels is door ar cheologisch onderzoek bekend dat deze houten straten in Zutphen werden aangelegd in de periode ca. 1200 tot in het begin van de 14e eeuw. Hoe klein ook, de waarne ming in Laarstraat 24 geeft een eerste blik in de vroegste historie van deze uitloopstraat van de mid deleeuwse stad. Alle jongere bewoningslagen en sporen (tussen ca. 1250 en 1600) zijn door de aanleg van de kelder van Laarstraat 24 omstreeks 1600 verdwenen. De ondergrond en ruimtelijke ontwikkeling van de Laarstraat De eerste stedelijke bewoning bui ten de stadsmuren lag op een niet nader te dateren akkerlaag van licht bruingrijs zand. Deze préstedelijke akker was aangelegd op een ge mengd lemige en zandige oeverwal van de Berkel. Uit de grondslag bleek dat het grondwater tot vlak onder het toenmalige maaiveld heeft gestaan. Deze oeverwal be hoorde daarom aanvankelijk niet tot de meest droge en vruchtbare plaatsen om te wonen maar hij was hoog genoeg om redelijk droog van de Zutphense rivierduinen aan de Ijssel naar de zandgronden bij de Warnsveldse weg en Wamsveld te komen. De oorsprong van de Laarstraat is dus een doorgaande landweg van een knooppunt van landwegen uit de vier windrichtin gen die op de Zutphense rivierdui nen samenkwamen. Komende van uit het oosten (Lochem, Warnsveld) kwam men via de Laarstraat bij de Berkel, stak daar de rivier over om ter hoogte van de Schupstoel op de hoge zandrug van Zutphen aan te komen. De Berkel stroomde voor ongeveer het jaar 1225 tussen de Beukerstraat en de Laarstraat de Polsbroek in om bij de Spittaalstraat - Walstraat in de Ijssel uit te monden. Na ca. 1225 werd deze oude Berkelmonding af gedamd en werd de Berkel door de zandrug van Zutphen heen gekana liseerd en gestuwd voor de water molens bij de huidige Overwelving. Deze molens, eigendom van de Gelderse graven, worden al in 1281 in de geschreven bronnen ge noemd. Vermoedelijk tijdens deze kanalisatie is het laaggelegen dras sige gebied van de Polsbroek tussen de Laarstraat en Spittaalstraat be- I Afb. 2 Kadastrale mi nuut van 1832 met de ligging van Laarstraat 24. De smalle diepe ka vels van de Laarstraat zijn kenmerkend voor het ontginningspatroon in de 13e eeuw. In de loop van de middeleeu wen ontstond er een ge sloten rij huizen aan de Laarstraat met daarach ter diepe tuinen en een rij pakhuizen, achter huizen en schuren aan de Donkere Steeg t Afb. 3 Kannen van pro tosteengoed uit het Rijnland, gevonden bij diverse opgravingen in Zutphen. Scherven van dergelijke kannen wer den in de oudste stede lijke bewoningslagen van de Laarstraat aan getroffen. foto Archeologie - Gemeente Zutphen dijkt en ingepolderd. Waarschijnlijk hebben de broeders van de Heilige Geest van het klooster Spittaal in de Spittaalstraat een belangrijke rol gespeeld in deze ontginningsactivi teit. Dit klooster en gasthuis wordt in 1268 voor het eerst genoemd maar moet toen al enige tijd be staan hebben. Met de vondst van 13e-eeuwse be- woningssporen in de Laarstraat lijkt het er op dat mogelijk tijdens deze ontginning de Laarstraat als lintbebouwing langs een bestaande uitvalsweg van Zutphen verstede lijkt. Mogelijk vormden de eerste huispercelen in de Laarstraat het uitgangspunt voor de smalle en lange ontginningsverkaveling in de Polsbroek. Nog altijd is goed te zien dat de meeste huizen in de Laarstraat smalle en diepe tuinen hebben. Bouwhistorisch onderzoek Laarstraat 24 is een drie vensteras sen breed pand met een gemetselde klokgevel. Het huis heeft een ton- Zutphen

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen MoNUmentaal (2000-2012) | 2002 | | pagina 7