émi
Wf
Zuidelijk deel van de
opgraving: rechtsachter:
de 17e-eeuwse kelder, op
de voorgrond in het
midden: een 14e-ceuwse
muur.
Noordelijk ded van de
opgraving: linksachter
een 18c-eeuwse beerkel-
der, op de voorgrond een
19e-eeuwse muur. Op de
achtergrond huizen
Nieuwstad 25 f/m 29.
deleeuwse nieuwbouwwijk was.
Net als in onze nieuwbouwwijken
was de planning en ordening er
strak, in tegenstelling tot het orga
nisch gegroeide stadshart \an
Zutphen. Graaf Otto II van Gelre
en Zutphen (1229-1271) was waar
schijnlijk verantwoordelijk voor de
stichting van de Nieuwstad naast
Zutphen. Het was zijn grond en de
graaf verwachtte ongetwijfeld veel
inkomsten uit de grondbelasting
van de nieuwe inwoners. Er werden
percelen uitgegeven van 5 meter
breed, een puur praktische maat,
gebaseerd op de breedte van een
gemiddeld huis plus druipstrook
voor het afvoeren van hemelwater
tussen de huizen. De grondbelas
ting van een standaard huisperceel
van 5 meter breedte (1,1/3
Rijnlandse roede) bedroeg zes de-
nariën (zilveren penningen, 1/240
pond) en een kip.
Uit deze periode stamt ook de eer
ste concrete aanwijzing van een
huis. Aan de Gasthuisstraat is een
keldertje aangetroffen van bak
steen, gevoegd met leem. Ook de
vloer bestaat uit leem, gemengd
met stro. Van het huis zelf is, be
halve wat lemen haardplaatsen,
niets aangetroffen. Dit klinkt raar,
r
maar we moeten bedenken dat 13e-
eeuwse huizen op de kelder soms
na, geheel uit hout bestonden.
Verder werden ze gebouwd op zgn.
vloerplaten. Dit houdt in dat er ge
bouwd werd op liggende balken om
de druk van het bouwsel te sprei
den. Als de ondergrond zacht was
konden deze balken ook nog op ge
heide palen worden geplaatst.
Gezien de zandige ondergrond was
dit hier niet nodig, en er zijn ook
geen aanwijzingen voor gevonden.
Elders in de Nieuwstad (Dieser-
straat) is het mogelijk geweest een
hele rij huizen te reconstrueren,
maar hier moeten we het door o.a.
de aanwezigheid van een
17e-eeuwse kelder doen met één.
De lengte van het huis zal 10 tot 13
meter zijn geweest.
Achter het huis lag ook een aantal
afvalkuilen. Ze bevatten vooral veel
aardewerk (drinkkannen, schalen
en kookpotten) en bot (opvallend
veel vis). Ze hebben echter ook een
aanwijzing opgeleverd over de acti
viteiten die er plaats vonden, en
wel in de vorm van 'breeuwsintels'.
Het middeleeuwse woord breeuw-
sintel is nogal misleidend omdat
het hier helemaal niet gaat om sin
tels (vandaar dat ook de naam
breeuwijzer wel wordt gebruikt).
Breeuwsintels zijn brede ijzeren
krammen die gebruikt werden om
breeuwsel op de plaats te houden.
Breeuwsel is organische substantie
(in de 13e eeuw werd hier mos voor
gebruikt) die dient om scheepsna
den te dichten, in dit geval van kog
geschepen. Bij de opgraving zijn
zowel gebruikte als ongebruikte
breeuwsintels aangetroffen. Dit be
wijst dat hier in de directe omge
ving een werf of een smidse aanwe
zig was die betrokken was bij de
bouw van koggeschepen. De IJssel
stroomde voor 1350 vlak langs de
stadsmuur van de Nieuwstad, over
het huidige stationsgebied en in
dustrieterrein de Mars. Opvallend
is ook de hoeveelheid ijzerslakken
die op het terrein is aangetroffen.
Deze zijn het afvalproduct van het
uitsmeden van ruw ijzer waar nog
een grote hoeveelheid zand e.d. in
zit. Dit uitsmeden was een nogal
calorie-slurpende bezigheid.
Blijkbaar kon er lokaal niet genoeg
houtskool geproduceerd worden,
want er is ook steenkool tussen het
smeedafval aangetroffen. Dit moest
uiteraard van ver worden inge
voerd (waarschijnlijk uit het
Ruhrgebied). Steenkool was in
Zutphen nog niet eerder aangetrof
fen in middeleeuwse context.
Bier en boetedoening
In 1284 en 1336 woedden er stads
branden in Zutphen. Aanwijzingen
hiervoor zijn tijdens het opgraven
waargenomen in de vorm van twee
houtskoollaagjes. Voor het houten
huis betekenden de branden het
einde. Op het achterterrein is zelfs
de hiermee nutteloos geworden
13e-eeuwse sleutel van het huis te
ruggevonden! De branden luidden
het begin in van de steenbouw in
de stad om begrijpelijke redenen.
De plattegrond van de 14e-eeuwse
bewoning had helemaal niets te
maken met de 13e-eeuwse bouw. In
de 14e eeuw werd er een enorm
huis (ca. 13 x 15 m) gebouwd op de
hoek van de straat, Het bestond uit
een groot voorhuis met de kaprich-