Monumentenzorg Terug naar de Dieserstraat. Achter het grote kerkmeestershuis is een diepe ronde beerput gevonden waarin afval en huisraad van huize Ter Kloeke is teruggevonden. Bijzonder was de vondst van een benen gesp met een fijn gesneden Christus-aangezicht (een zoge naamd 'Veronica-aangezicht') erop. Wellicht was het een boeksluiting van een van zijn geestelijke werken. Aan weerszijden van het grote bak stenen huis stonden de twee vak werkhuizen die in de tijd van Ter Kloeke (deels) bij het kerkmeester huis hoorden. De vakwerkhuizen werden vermoedelijk als schuren gebruikt. Ter Klockes buurman aan de noordzijde was Engele Krigers. Ook achter zijn huis is een grote beer put aangetroffen. Uit de vondst van onder meer een hoge bierpul (een zogenaamde 'snelle') blijkt dat hij Spaans gezind zal zijn geweest. Op de rijk versierde pul stond maar liefst drie maal het wapen van de Spaanse koning Philips II met de orde van het gulden vlies. Engele Krigers verkocht in 1577 zijn huis, mogelijk omdat het hem (als Spaans gezinde burger) te heet on der de voeten werd. Johan ter Kloeke kocht in deze jaren van el lende en verval menig pandje in de buurt op. Elders in de stad, in de Korte Hofstraat/ hoek Spiegelstraat, kocht hij in 1577 twee uitgebrande huisplaatsen en liet daar in 1578 het 20 meter! ho ge huis 'Die Kloeke' in renaissance stijl bouwen, waarover in de vorige Nieuwsbrief is gesproken. In de 17de eeuw is er nog sprake van relatief welgestelde burgers in de Dieserstraat. De meeste middel eeuwse huizen hebben de oorlogs periode tussen 1572 en 1591 over leefd en werden hersteld. De hui zen waren nu niet meer in handen van de kerkmeesters, maar raakten (weer) in particuliere handen. De welvaart van de nieuwe bewoners blijkt uit de vele vondsten in de af- valkuilen en beerputten, zoals een fraaie schotel van Delftse majolica uit omstreeks 1650 uit een beerput die was gemaakt van gestapelde middeleeuwse onder- en bovenpan- nen. Hierin werden ook kogels, een vuurslag van een musket en een mortierbom gevonden. De eige naar/bewoner van het voormalige kerkmeestershuis was dan ook een militair: Johan van Twenbergen, convooimeester in de Langhackerschans en dijkgraaf van Boerder Nijlandt. Opvallend is dat de Dieserstraat werd bevolkt door liefhebbers van het nieuwste ge notmiddel: tabak. In alle 17e-eeuw- se beerputten en afvalkuilen en verspreid over de achtererven zijn opvallend veel kleipijpen gevonden. Een verklaring hiervoor kan ge zocht worden in de aanwezigheid van ingekwartierde garnizoenssol daten in de 17de-eeuwse huishou dens. Dit beeld van rijke bewoners aan de Dieserstraat veranderde vanaf de 18de eeuw. Door het verplaatsen van de hoofdpoort in 1616 naar het uiteinde van de Nieuwstad werd de Dieserstraat steeds meer een onbe tekenende achterstraat van de Nieuwstad en uiteindelijk werd de straat zelfs een achterbuurt. Het binnenterrein raakte volgebouwd Delftse majolica schotel uit omstreeks 1650. -< Beerput van gestapelde middeleeuwse onder- en bovenpannen. 17e eeuw 9

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen MoNUmentaal (2000-2012) | 2000 | | pagina 9