T
I
32
Foto 2. Loopbeenderen van kippen, v.l.n.r. volwassen
haan met gereduceerd spoor; volwassen haan met spoor
en peesverbening; halfwas.
44 Esser zj.; Zeiler 1996
45 Ervynck e.a. 1994
46 Zeiler 1996; Ervynck e.a. 1994
47 IJzereef Laarman 1986
48 resp. Zeiler 1988 en 1996
De vijf juveniele individuen van de loopbenen
vormen samen met de acht volwassenen van de
scheenbenen eveneens 13 individuen, zodat van
minimaal 13 kippen uitgegaan kan worden.
De loopbenen van de hanen waren allen groter dan
de spoorloze volwassen loopbenen, zonder overlap.
Zowel bij de hanen als bij de spoorloze volwassenen
(hennen?) waren grote en kleine exemplaren (zie
Foto 1). Dit is ook aangetroffen in de
Gasthuiscomplexen van Groningen en Den Haag.44
De variatiebreedtes komen geheel overeen met die
uit het complex van de laat 13e tot eerste helft 14e
eeuwse mottehelling van het Belgische Londerzeel,
die weer past in het algemene beeld van Europese, middeleeuwse hoenderpopulaties.45 Bij één
van de twee langere hanen-loopbeenderen, van een net volwassen haan, geeft een geringe
botwoekering op de plaats van het ontbrekende spoor aan dat dit afgekapt is (zie Foto 2). Dit
gebeurde wel bij agressieve dieren en is ook in Den Haag en Londerzeel vastgesteld.46
Aan een ander hanenloopbeen zaten twee losse, platte naaldvormige botjes, die als verbeende
peesresten te interpreteren zijn (zie foto 2). Van vijf soortgelijke peesverbeningen, die niet in
samenhang met een bepaald bot aangetroffen zijn, kon niet bepaald worden van welke
vogelsoort zij stammen.
De voor vergelijking beschikbare leeftijdsgegevens laten geen conclusies toe over de status-
indicatie van de botresten van jonge kippen van de Hof van Heeckeren. Resten van jonge
kippen lijken vrij algemeen in rijkere contexten uit de 16e/17e eeuw. Met 46 van de
loopbenen doet de Deventer Polstraat in de 15e tot 16e eeuw én in de 17e tot 18e eeuw niet
onder voor de Hof van Heeckeren, waar ze 42 uitmaken.47 Met 38 onvolledig verbeende
hand- en schoudergordelfragmenten overtreft de Hof daarentegen wel het Groninger
Pepergasthuis (23 en de Haagse Zuilingstraat (14 van de individuen).48 In de 10e eeuwse
afvalkuil van het Zutphense Gravenhof lijkt het aandeel van de jonge kippen groter dan op de
Hof van Heeckeren met ruim een derde van alle fragmenten zichtbaar onvolgroeid, en twee
derde van de hand- en schoudergordelfragmenten onvolledig verbeend. Het grote aandeel van
alle kippenbotten in de vogelresten kon hier, anders dan voor de Hof van Heeckeren, als
elitekenmerk geïnterpreteerd worden.