Bijlage B.
8
-
25.9
17.9
-
11.1
10.6
52.9 I
1
Bijlage B.
9
moesten er van 78 64 worden opgezonden 82.1 in de derde klasse 42 van
91 46.2 en in de zesde klasse 29 van 85 34.1
Onvoldoende gezichtsscherpte kwam in klasse I voor bij 8.8 in klasse III
bij 14.9% en in klasse VI bij 20.3%.
Van de kinderen met scheelzien moesten op de kleuterscholen 1 van 12 8.3%
worden opgezonden, in klasse I 16 van 36 44.4%, in klasse III 2 van 25
8.— en in klasse VI 1 van 16 6.3%.
Totaal kwam scheelzien voor bij 4.der kinderen.
Op kleurenblindheid werd alleen in de 6e klasse onderzochtvan 246 jongens
waren er 20 kleurenblind 8.1% (1942 7.4 in 1941 10.
7. Neus- en keelholte.
Kleuterscholen klasse I overige klassen
Groote tons. 2.4% 2.2 1.
Adenoied 2.1 2.9 0.8
6. Ooren.
Verminderde gehoorscherpte kwam in klasse 1 voor bij 23 kinderen 2.6%;
in klasse III bij 17 2.8%; in klasse VI bij 9 2.2%.
In klasse I werden 18 78.3% opgezonden; in klasse III 11 64.3%; in
klasse VI 1 11.1
5. Tanden.
Kleuterschool
Klasse I
Klasse III
Klasse VI
M
S
M
S
M
S
M
S
Gorssel
Lochem
Voorst
Warns veld
Zutphen
Totaal
19.4
2.6
5L-%
36.1
42.2
50.-
45.3
11.9 o/0
12.4
10.-
4.5
8.8
50.7 0/0
39.3
50.8
4.-0/0
14.6
8.7
10.6
29.5 o/0
26.9
11.1
24.2
1.5 o/0
2.2
1.1
20.-%
6.9 0/0
44.8 o/0
0
O
49.9 o/0
9.-0/0
25.8 o/0
1.4 0/0
M matig, 1 4 carieuse kiezen S slecht, meer dan 4 carieuse kiezen.
Op de kleuterscholen blijken reeds 26.9 der kinderen carieuse kiezen te
hebben, in klasse I 54.8 in klasse III 58.9 in klasse VI 27.2 Er is,
vooral in Lochem en Zutphen, wel een geringe verbetering in de verzorging van
het gebit, maar er valt nog veel te doen.
14. Tuberculose.
In dit verslagjaar werden, in verband met het toenemen van de tuberculose
in ons land, zooveel" mogelijk alle kinderen gepirquetteerd. Het is duidelijk uit de
vorige jaarverslagen gebleken, dat het aantal gevallen van tuberculose, dat bij
het systematische onderzoek werd ontdekt, zeer gering, of bijna nihil was. Dat
kan ook niet anders. De gevallen, die bij een dergelijk onderzoek gevonden
zouden kunnen worden, zouden al in een vrij ver gevorderd stadium moeten zijn
en deze zijn reeds elders ondekt en van school verwijderd. Een toekomstdroom
is, dat alle kinderen b.v. ééns per jaar doorgelicht zullen worden, maar dit is
helaas voorloopig practisch nog niet uitvoerbaar. Maar wat wel na den oorlog
mogelijk zal zijn, is, dat alle kinderen ééns per jaar gepirquetteerd worden en de
positief reageerenden op het Consultatie-Bureau doorgelicht worden. Dit is hier
ook toegepast en de kinderen werden met behulp van de wijkverpleegsters naar
de consultatiebureaux in Zutphen en Apeldoorn verwezen. Helaas meende de
leider van het bureau in Apeldoorn geen tijd te hebben, het resultaat van het
onderzoek aan mij mede te deelen, maar Dr. Sikkema van het bureau in Zutphen
deelde mij het resultaat steeds mede, waarvoor ik hem bij deze ten zeerste mijn
dank betuig. Het resultaat van zijn onderzoek meld ik hierbij. Van één geval,
dat in Apeldoorn werd onderzocht, weet ik, dat het een actief geval betrof eri
dat het kind een rustkuur moest ondergaan.
Bij het Pirquet-onderzoek werd gebruik gemaakt van een gemengd vaccin
Alttuberculinum (Koch) Humanum en Tuberculinum Bovinum van het Rijks-Instituut
voor de Volksgezondheid te Utrecht.
In den volgenden staat vindt ge het resultaat van het onderzoek
Totaal
aantal
kind.
Gepir
quet
teerd
Ziek
Al op
cons.b.
Bezwaar
Positief
Zwak
positief
Gorssel
Lochem
Voorst
Warnsveld
Zutphen
1166
733
3010
599
2986
1042
688
2701
546
2696
73
37
130
45
147
13
4
25
4
53
38 3.3 o/0
4 0.5
154 5.1
4 0.7
90 3.-,,
20 1.9 o/0
11 1.6
31 1.1
5 0.9
51 1.9
11 1.-0/0
5 0.7
23 0.8
3 0.55,,
48 1.8
Totaal
8494
7673
432
99
290 3.4 o/0
118 1.5 o/0
90 1.2 o/0
Wij mogen aannemen, dat van de 432 zieke kinderen en de kinderen waar
bezwaar was, ook 2.7 een positief of zwak-positief Pirquet hebben of 20 kinderen.
Dan zouden van het totaal aantal kinderen 20 90 118 90 318 kinderen
in aanmerking gekomen zijn voor een onderzoek op een consultatie-bureau 3.7
In bovenstaanden staat is het percentage kinderen, waar bezwaar tegen het
onderzoek bestond, berekend op het totaal aantal kinderen en het percentage
positieve en zwak-positieve berekend op het aantal gepirquetteerde kinderen.
Voor de lagere scholen waren de getallen voor de kinderen, waar bezwaar
bestond, op de Openbare scholen 98 van 3649 2.7 0/0 op de Protestantsch-
Christelijke scholen 106 van 1435 7.4 en op de Roomsch-Katholieke scholen
59 van 1587 3.7 o/0.
Van de 135 kinderen, die op het Consultatie-bureau in Zutphen werden onder
zocht, hadden 113 kinderen geen afwijkingen, 18 een oude afwijking, terwijl slechts
4 kinderen een actief proces hadden.
Tot onze vreugde mogen wij uit dit onderzoek besluiten, dat het grootere
tuberculose-gevaar tot nu toe de schooljeugd in dit district nog niet heeft be
nadeeld. Dit is dus ook een geruststelling voor ouders, onderwijzend personeel
en hygiënisten en is juist door het negatief resultaat van groot belang. Als voor
beeld hiervan kan dienen, dat in Klarenbeek, waar voor 5 jaren een geval van
schoolinfectie voorgekomen is en waar sinds dien bij de bevolking de gedachte
was, dat tuberculose zooveel voorkwam, van 333 onderzochte kinderen slechts 5
positieve en 6 zwak-positieve Pirquetreacties voorkwamen, terwijl 12 kinderen
-eeds op het Consultatie-bureau waren ingeschreven, meestal vroegere slachtoffers
fan de schoolinfectie.
15. Bedwateren.
In mijn vorig jaarverslag wees ik er op, dat het bedwateren, vooral bij de
oudere kinderen, sterk was toegenomen. Ook dit jaar blijkt dat weer, zooals uit
de volgende percentages blijkt
Kleuterscholen
Jongens 19.4%
Meisjes 16.9 0/o
Klasse 1 Klasse III Klasse VI
H.90/0 10.- o/0 9.3 o/0
6.50/0 7.o/0 2.20/0