S° Bijlage B. 6 - - 51.8 51.2 - 3.7 2.4 3.7 Bijlage B. 7 Kleuter scholen Klasse I Overige klassen Gorssel 11.4 13.9 Lochem 13.- 9.3 14.8 Voorst 3.3 14.8 11— Warnsveld 20.— Zutphen 7.1 21.- 11.7 Totaal 6.6 15- 12.4 2. Geen afwijkingen. Op de kleuterscholen werd bij 162 van 332 kinderen geen afwijking ge vonden 48.8% en op de lagere scholen bij 832 van 1911 kinderen =43.5%. In klasse I hadden 47.7% der kinderen geen afwijking, in klasse III 41.2 en in klasse VI 38.— Geen afwijkingen Struma Kleuter scholen Lagere scholen Kleuter scholen Lagere scholen Gorssel Lochem Voorst Warnsveld Zutphen Totaal 45.8 44.9 38— 48.5 31.8 42.9 22.9 21.5 11.1 11.4 2.7 48.8 43.5 1.5 13.5 De invloed van het voorkomen van krop is niet zoo duidelijk als in de vorige jaren. 3. Onvoldoende voedingstoestand. Onvoldoende voedingstoestand kwam op de kleuterscholen voor bij 8 der 332 onderzochte kinderen of 2.4 en op de lagere scholen bij 45 van 1911 =2.4%. In 1942 waren deze percentages 3.4 en 8.3 en in 1941 6.4 en 8.3 Deze percentages zijn dit jaar dus lager, maar zijn niet vergelijkbaar, daar ik een nieuwe basis heb aangenomen, n.l. het resultaat van het eerste onderzoek van de polscommissie voor de plattelandsgemeenten. Daarbij bleek op een moment, dat er nog geen voedseltekort was, speciaal op het platteland, dat de lengte der kinderen gemiddeld grooter was, dan de gegevens, die ik tot nu toe gebruikte, terwijl het gewicht niet naar evenredigheid hooger lag. De oude normen waren in 1935 overgenomen van de gemeente Amsterdam. Zooals uit onderstaande staat blijkt, was er in Zutphen op de lagere scholen een iets hooger percentage kinderen met onvoldoenden voedingstoestand. Onvoldoende voedingstoestand Kleuterscholen Lagere scholen Gorssel 2.1 Lochem 2.9 Voorst 1.6 1.5 Warnsveld i Zutphen 2.6 3.6 Totaal 2-4 2.4 Van de kinderen op de kleuterscholen had geen enkel kind een zeer onvol- 05 Vu6" voedln9stoestand en van de kinderen op de lagere scholen slechts 9 naaiden huLrt? 'a0ere SCh°'en voor de2e aando^ing opgezonden In het verslagjaar werden weer 1466 kinderen onderzocht voor de polscommissie. Pelidisi getal. °^nde kle"tersch°len hadden van 89 kinderen 89 een Pelidisi-getal grooter aan 90 en 2 tusschen 85 en 90. Geen minder dan 85. Voor de aangesloten gemeenten waren de getallen als volgt: Klasse I Overige klassen Grooter dan 90 85-90 Kleiner dan 85 Totaal onderzocht 591 63 1 671 42 655 713 Gorssel Lochem Voorst Zutphen Klasse I Onderz. 85-90 177 87 323 68 17 9 33 4 minder dan 85 Overige klassen Onderz. 8590 237 174 169 133 18 In Warnsveld werd het Pelidisi-getal niet bepaald uitzending °nVoldoenden voedingstoestand werden 6 kinderen aangewezen voor Wij kunnen dus constateeren, dat er in de gemeenten, aangesloten bij den Kring, nog geen ondervoeding bij de kinderen is. 4. Huid- en haar aandoeningen. Bij het routineonderzoek vond ik 45 gevallen van besmettelijke huidziekte- waarvan 17 moesten worden opgezonden. Hoofdluis in ernstige mate vond ik in 61 gevallen 2.7 van het totaal aantal onderzochte kinderen (in 1942 4.3 °/0). eW 8d°/ j°ngeDS hadden 0.1% en bij de meisjes 5.6 pediculosis (in 1942 0.8 JnGorssel 0.8% (18%) in Lochem 1.8% (3®/o). in Voorst 2.6% (2.1 m Warnsveld 1.3% (5.-%) en in Zutphen 4.6% (8.5%). Nog steeds is Zutphen het sterkst geïnfecteerd, bij de meisjes 9.3% (14 2) Dus wel een verbetering. /0 Kleuterscholen 2.7%, klasse I 2.6%, klasse III 2.8%, klasse VI 2.9% 5. Oogen. Van de kinderen in de eerste klasse met een onvoldoende gezichtsscherpte

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1943 | | pagina 25