Bijlage T.
20
karnemelkspap28
diversen54
monsters ten behoeve van derden onderzocht 196
Bovendien werden nog 3 monsters sputum op de
aanwezigheid van tuberkelbacillen onderzocht met
negatief resultaat.
a. Consumptiemelk.
Van de 6176 monsters consumptiemelk bij handelaren
genomen, voldeden in totaal 558 niet aan de gestelde
eischen, d.i. 9 (v. j. 15.6%), te verdeelen als volgt:
watertoevoeging68 (v. j. 135)
afwijkend vetgehalte255 (v. j. 228)
te veel vuil bevattend80 (v. j. 60)
melk bevattend van uierziek vee 155 (v. j. 662)
Ten aanzien van de rubriek „afwijkend vetgehalte"
moet worden opgemerkt, dat vóór November 1940
aanmerking gemaakt moest worden, als het procentisch
vetgehalte der droogrest lager was dan 25, terwijl
nadien ingevolge de bepalingen van het Standaardisatie-
besluit het vetgehalte moest zijn verlaagd en tusschen 2,4
en 2,6 moest liggen. Om deze reden is deze rubriek
niet meer als vroeger genaamd „te weinig vet in dro
ge stof", maar zijn hieronder opgenomen alle monsters,
waarbij ingevolge de gevonden afwijkingen van het
vetgehalte volgens bovengenoemde criteria een waar
schuwing werd gegeven of een proces-verbaal moest
worden opgemaakt.
Bij herhaling werden in één monster meer dan 1
afwijking geconstateerd.
In totaal werden 422 schriftelijke of mondelinge
waarschuwingen gegeven en bovendien de navolgende
processen-verbaal opgemaakt
Bijlage T.
21
15 maal wegens toevoeging van water.
6 afwijkingen van het vetgehalte.
4 het bevatten van te veel vuil.
2 den verkoop van melk, welke melk
gemengd was met melk, afkomstig van uierziek vee.
Opvallend is, dat het aantal gevallen van streptococ-
cenmastitis in het verslagjaar gevonden, aanmerkelijk
kleiner is dan het jaar 1939, n.l. 155 tegen 662 in
1939. Voor een belangrijk deel is dit waarschijnlijk
toe te schrijven aan het feit, dat in 1940 het mond
en klauwzeer niet in die mate als in vorige jaren heeft
geheerscht.
Door de in de algemeene beschouwingen reeds
medegedeelde redenen is er van stalcontróle ter plaatse
waar afwijkingen in de melk werden gevonden, na
Mei 1940 weinig terecht gekomen.
Door de veearts werden 21 bedrijven van veehouders
gecontroleerd, waarbij Hb 244 koeien werden onder
zocht. Koeien met open tuberculose werden niet aan
getroffen, koeien met ernstige uierziekte in 24 gevallen.
Onder leiding van den hoofdkeurmeester zijn v.n.
in de eerste 4 maanden van het verslagjaar 353 stal-
contröles verricht, waarbij speciaal op reinheid van
stal, vee en melkgerei werd acht geslagen.
Tevens controleerden de keurmeesters in totaal 6349
bedrijven van melkverkoopers.
Bij 13 melkinrichtingbedrijven werd bovendien, in
verband met aan melk of melkproducten gevonden
afwijkingen, getracht de oorzaak hiervan op te sporen.
6 maal werden hierbij zoodanige fouten geconstateerd,
dat een ernstige mondelinge waarschuwing moest
worden gegeven.