88 neesheeren E. Tielenius Kruythoff en dr E. J. W. Holleman. De bezoldiging bedroeg f 900 en f 1000 per jaar. Bovendien zijn er nog twee gemeente-geneesheeren voor den heel- en verloskundigen dienst waarvan de een belast is met dien dienst in de stad en de andere met dien in het ziekenhuis. Gemeente-arts belast met den heel- en verloskundigen dienst in het ziekenhuis is e heer H. Jonker, op een jaarwedde van f 1000- hij wordt bijgestaan door een medicus-narcotiseur, dié van de gemeente voor iedere narcose een vergoeding van f 5 ontvangt. In de vacature van arts belast met dien dienst buiten is nog niet voorzien. De dienst wordt om de beurt waargenomen door de gemeente- geneesheeren. Voor deze waarneming wordt in totaal f 900 betaald. De heer dr E. W. Holleman was tevens belast met het verrichten van de doodschouw, waarvoor hij een belooning genoot van f 100 per jaar. Als plaatsvervanger werd aangewezen de heer E. Tielenius Kruythoff. Verder zijn er 2 gemeente-vroedvrouwen, die een bezoldiging genieten van f 1000 per jaar, telkens na 2 dienstjaren te verhoogen met f 75 tot een maximum van f 1300. Stedelijk Ziekenfonds en Ziekenhuisverplegingsfonds. Door het alhier bestaand Stedelijk Ziekenfonds zijn de minvermogenden in staat gesteld, tegen een zeer geringe wekelijksche contributie, geneeskundige hulp en medicijnen te verkrijgen. Het ledental bedroeg op 31 December 1936 131 89 volwassenen en 78 kinderen. Aan contributies werd een bedrag van f 154.79 ontvangen. De gemeente voorziet in het tekort dezer instelling. Over 1936 beliep dit f 2904.93 tegen f 2255.23 in 1935. Op 2 October 1931 werd het ziekenhuisverplegings fonds opgericht, waarvan ieder ingezetene, wiens in komen niet boven een bepaald bedrag stijgt, lid kan worden. Het aantal leden bedroeg op 31 December 1936 8572 te verdeelen in 3B tarief 1 5017 2588 7605 3B tarief II 649 318 967 5666 2906 8572 Aan contributies werd f 24293.22 ontvangen. Het tekort dezer instelling, waarin de gemeente eveneens voorziet, bedroeg over 1936 f 21195.71. Van 1 Juli 1936 af is de contributie gesplitst in twee klassen tarief I en tarief II. De opheffing van de klasse 3A is geschied op 1 Maart 1936. Opnemingen kwamen echter nog gedurende 3 maanden voor rekening van het fonds. Zutphensche Wijkverpleging. Door de zusters werden in de stad afgelegd 6837 bezoeken in 435 gezinnen. In het wijkhuis werd iederen werkdag van 1—3 uur polikliniek gehouden. 137 patiënten werden geholpen, die gezamelijk 1954 maal behandeld werden. 149 maal werd assistentie verleend bij transport van zieken en 65 maal de laatste hulp aan overledenen. Onvermogenden van alle gezindten worden geheel kosteloos behandeld anderen volgens tarief. Volwass. Kinderen Zielen

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1936 | | pagina 46