'99
Bijlage K.
VERSLAG over den toestand van het
MUSEUM in het Wijnhuis te Zutphen,
over het jaar 1934.
Het museum werd gedurende het afgeloopen jaar
bezocht door 2617 personen, waaronder 1454 betalende
en 1163 niet betalende bezoekers. In 1933 was het
totale aantal 4022 personen, waaronder 2592 betalende
en 1463 niet betalende bezoekers. De algemeene malaise
zal wel de oorzaak zijn van den teruggang in bezoek,
hetgeen bij de meeste musea het geval is. Verscheiden
schoolklassen, ook van buiten de stad bezichtigden met
hun onderwijzer het museum en de tijdelijke tentoon
stellingen werden herhaaldelijk bezocht door leerlingen
van het Gymnasium, het Chr. Lyceum, de Ambachts
school en de Vakschool. Tegenwoordig schijnen de
toer-autobussen het museum niet meer op hun pro
gramma te hebben, daardoor bezochten slechts enkele
vereenigingen, die met deze vervoermiddelen naar
Zutphen komen, het Wijnhuis.
De kleine bibliotheek van het museum, betrekking
hebbend op de Graafschap, werd dit jaar genummerd,
zoodat het materiaal overzichtelijker is; er zijn 128
nummers. Mejuffrouw P. Dijckmeester was zoo
goed de behulpzame hand te bieden voor eenig werk
in het museum zij catalogiseerde ook de koopacten
en andere oorkonden, die nu in alphabetische volgorde
in twee kartonnen archiefdoozen zijn geplaatst. Een
kast is aangeschaft voor opberging van omlijste prenten
en fotografiën dit „depot" is in de Oosterzaal gezet.
Een correspondentie van het Dagelij ksch Bestuur met
de Twentsche Oudheidkamer over het vaststellen van
grenzen betreffende het opgravingsgebied van oud-