Bijlage Q.
38
worden gegeven. Een en ander, met inachtneming van de
bepalingen der steunregeling, (z.g. Kastoeslag). Aan 60
gesteunden is deze toeslag verleend tot een totaal bedrag
van f 685.35. Op dit bedrag werd geen Rijkssubsidie
■ontvangen.
Naar aanleiding van den min. cir. van 10-7 1934
No. 100. 1386 Afd. W. en S. is door B. en W. een
regeling ontworpen, waarbij aan gesteunden welke geen
of minder dan f 3.00 (bij schrijven van 8-12 1934 U
3176 verhoogd tot f 6.00) gezinsinkomsten hebben, een
bijdrage van 3/4 in de ziekenfondspremie verleend tot
een maximum van f 0.50 per week.
De Min. van Soc. Z. bepaalde bij schrijven van 23
Juli 1934 No. 1107 afd. W, en S„ dat met ingang
van 1 Juli 1934 de steunnormen moesten worden ver
minderd van f 12.00 voor uitgetrokkenen op f 10.50;
van f 11.00 voor dubbel uitgetrokkenen en niet trekge-
rechtigden op f 9.50; van f 10.50 voor ongeorganiseerden
op f 9.00; van f 9.00 voor georganiseerde uitgetrokken
kostgangers op f 7.50; van f 8.00 voor dubbel uitgetrok
kenen en niet rechthebbende kostgangers op f 6.50 en
voor ongeorganiseerde kostgangers van f 7.50 op f 6.00.
Hierbij werd echter de gezinsledenbijslag verhoogd
van f 1.00 tot f 1.10 per gezinslid boven 2, bovendien
werd de grens van het maximum aantal gezinsleden
ingetrokken, terwijl ook de verhouding van de maximum
steun tot het verdiende loon een wijziging onderging
ten bate der groote gezinnen.
Deze nieuwe wijziging beteekende voor Zutphen dat
van de 45 op 1 Juli 1934 in de steun opgenomen
arbeiders er 38 een vermindering van steun ontvingen
van in totaal f 48.54 of gemiddeld f 1.27 per gesteunde
per week. 7 ontvingen door de nieuwe regeling een
Bijlage Q.
39
vermeerdering van steun f 6.51 of gemiddeld f 0.93
per gesteunde per week.
B. en W. hebben bij schrijven van 5 Juli 1934 U
1773aanden Min. van Soc. Zaken gevraagd, de verlaagde
steunnormen te willen verhoogen tot resp. f 11.00,
f 10.00, f 9.50; voor kostgangers f 8.00, f 7.00 en f 6.50
per week, echter zonder resultaat.
Het totaal aantal bonafide arbeiders, dat in 1934
krachtens de steunregeling steun heeft ontvangen be
droeg 291.
Hiervan waren 266 gezinnen met 3296 steunweken
en 25 kostgangers met 138 steunweken.
Het totale steunbedrag met inbegrip van brandstoffen-
ziekenfonds-kerstbijslag en toeslag op uitkeering werk-
loozenkas bedroeg f 34026.33. Het totaal aantal steun
weken bedroeg 3434.
De gezinsinkomsten gedurende de tijd, dat steun
werd genoten bedroeg f 10829.31.
De uitkeering werkloozenkas bedroeg f3216.22 over
de weken, dat bijslag werd ontvangen.
Het volgende overzicht geeft een beeld van het
aantal steunweken, dat door de gesteunden werd genoten.
