24
De daling van de onder 2 en 6 genoemde opbrengsten
in 1930 en daarna is een gevolg van de instelling van
het gemeentelijk grondbedrijf met ingang van 1 Januari
1930, waarbij verschillende ontvangsten naar dat bedrijf
overgingen (zie de aan dit verslag toegevoegde bijlage W),
en de over 1932 en 1933 verleende pachtreducties.
HOOFDSTUK IV.
FINANCIËN.
Algemeen.
Het aantal moeilijkheden, waaraan in 1933 het hoofd
moest worden geboden ten einde het evenwicht van
de financiën der gemeente te bewaren, is in dat jaar
25
geleidelijk gegroeid en zonder de lichtpunten, waarvan
in het vorige verslag reeds sprake was, zou belasting
verzwaring niet achterwege hebben kunnen blijven.
De dienst begon met een saldo 1931 van rond
f 90000, later vermeerderd met f 17500, uitdein 1931
gevormde reserve. Voor deze tijden mocht dit een goed
begin heeten.
Intusschen bleven de kosten der werkloozenzorg
groote offers eischen. Hoezeer met erkentelijkheid mag
worden geconstateerd, dat de directe kosten van het
burgerlijk armbestuur tengevolge van de reorganisatie
welke op 1 April 1933 werd ingevoerd, ruim f 56000
beneden de raming van twee ton bleven, moet niet uit
het oog worden verloren, dat de kosten van werk
verschaffing, ook voor zoover zij op den gewonen
dienst drukten, aanzienlijk stegen. Zij bedroegen voor
den gewonen dienst rond f 30000. Zutphen mag zich
gelukkig prijzen nog steeds productieve werken voor
werkverschaffing beschikbaar te hebben, waarvan de
kosten ten laste van den kapitaaldienst kunnen worden
gebracht.
Zutphens Zieken hui s v e r p 1 eg ingsfonds baarde
ons daarnaast een groote teleurstelling zijn rekening
sloot met een tekort van ruim f 31000, waarop aller
minst gerekend was. Weliswaar mag hiermee in ver
binding worden gebracht, dat de bijdrage aan het zieken
huis rond f 23000 minder beliep, dan het jaar tevoren
maar het tekort bleef een tegenvaller, te meer nu het
burgerlijk armbestuur, ook nog ruim f 8000 aan het
ziekenhuis betaalde en wij meenden op winst in plaats
van verlies te mogen hopen.
Het is door vrij ingrijpende maatregelen ten aanzien
van het lager onderwijs gelukt te voorkomen, dat de
1929
1930
1931
1932
1933
1.
Huur van huizen
en andere ge
bouwen
f 15072.79
f 15292.37
f 17615.17
f 16838.95
f 18469.09
2.
Huur of pacht van
landerijen
108588.55
83894.34
81505.20
62793.20
60896.57
3.
Opbrengst van den
houthak
402.51
255.02
154.50
141.70
1570.32
4.
Opbrengst van
grasverpachtingen
48510.80
24653.89
16071.35
17756.—
16354.35
5.
Pacht van de jacht
en visscherij
2845.11
2802.21
2802.21
2716.21
2509.75
6.
Cijnzen en erf
pachten
33049.38
11363.73
11369.13
11414.16
11619.69