Bijlage T.
VERSLAG over het GEMEENTE-ARCHIEF
te Zutphen in 1932.
Ingevolge artikel 13 mijner instructie zend ik hierbij
aan Uw college het verslag over het gemeente-archief
in 1932.
De toestand van de archiefbewaarplaats en die van
de reddings- en brandbluschmiddelen bleef onveranderd.
In vorige verslagen heb ik uiteengezet, welke nadeelen
verbonden zijn aan het tegenwoordige archiefdepötik
herhaal dus het reeds gezegde, wanneer ik er nog
maals de aandacht op vestig, dat in de eerste plaats
de archieven, zooals zij nu geborgen zijn, niet vol
doende tegen brandgevaar gevrijwaard zijn en in de
tweede plaats, dat naar een modern gebouw de daar
voor in aanmerking komende archieven, die zich nu in
Arnhem ten Rijksarchieve bevinden, zouden worden
overgebracht, waardoor het bezoek en de belangstelling
voor het archief zeer zouden toenemen. Ik kan hieraan
toevoegen, dat de omstandigheid, dat de rechterlijke
archieven en de retroacta van den Burgerlijken Stand
in Arnhem berusten, mij dikwijls bij mijn werk belem
mert.
Met het doelmatig opbergen der stukken wordt ge
regeld, naarmate de beschrijving vordert, voortgegaan.
Wat de inventarisatie aangaat: in den loop van dit
jaar beëindigde ik de beschrijving der charters in regest-
vorm. Gelijk ik reeds vroeger uiteenzette, is de char
terverzameling een ongemeen heterogene collectie en
ik geloof, dat de archivaris, die zich ten doel zou stellen,
de herkomst van al deze stukken te weten te komen,