112
ketelbatterij en wateronthardingsinstallatie de noodige
voorbereidingen werden getroffen.
In het buitengesticht is in het palviljoen Mannen C
en in de isoleerafdeeling van het palviljoen Vrouwen
D de centrale verwarming en de electrische lichtleiding
geheel vernieuwd en zijn de uit ribbenbuizen bestaande
verwarmingselementen door radiatoren vervangen.
Voorts zijn de in deze afdeeling bestaande 11 privaten
door waterclosets vervangen en alle vertrekken opge
schilderd. Van de pitch-pine vloeren is 60 M2. ver
nieuwd. In het palviljoen Mannen D werden 12 privaten
door waterclosets vervangen.
Boerenerven en landerijen.
Deze werden goed onderhouden. Aan de gebouwen
op de erven werden wederom belangrijke verbeteringen
en vernieuwingen aangebracht.
Geneeskundige dienst bij armen, verpleegd
in hunne woningen.
Deze dienst werd in 1931 waargenomen door de ge-
neesheeren E. Tielenius Kruy thoff en dr. E. J. W.
Holleman. De bezoldiging bedroeg f 800 en f 1000
per jaar.
Bovendien zijn er nog twee gemeente-geneesheeren
voor den heel- en verloskundigen dienst waarvan de
een belast is met dien dienst in de stad en de andere
met dien in het ziekenhuis. Gemeente-arts belast met
den heel- en verloskundigen dienst in het ziekenhuis
is de heer H. Jonker, op een jaarwedde vanf 1000;
hij wordt bijgestaan door een medicus-narcotiseur, die
van de gemeente voor iedere narcose een vergoeding
113
van f 5 ontvangt. De arts belast met dien dienst buiten
het ziekenhuis is de heer J. L. Siemens op een jaar
wedde van f 900.
De heer J. L. Siemens is tevens belast met het
verrichten van de doodschouw, waarvoor hij een be
looning geniet van f 100 per jaar. Als plaatsvervanger
van den heer J. L. Siemens werd aangewezen de
heer dr. E. J. W. Holleman.
Verder zijn er 2 gemeente-vroedvrouwen, die een
bezoldiging genieten van f 1000 per jaar, telkens na
2 dienstjaren te verhoogen met f 75 tot een maximum
van f 1300.
Ziekenfonds en ziekenhuisverplegingsfonds.
Door het alhier bestaand Stedelijk Ziekenfonds zijn
de minvermogenden in staat, tegen een zeer geringe
wekelijksche contributie, geneeskundige hulp en medi
cijnen te verkrijgen.
Het ledental bedroeg op 31 December 1931 4713
volwassenen en 2262 kinderen, hetgeen een vooruitgang
is van 239 volwassenen en 65 kinderen. Aan contri
buties werd ontvangen een bedrag van f 56.696.20,
waarbij voor de afdeeling tandheelkunde een bedrag
van f 5.759.76.
In het tekort dezer instelling voorziet de gemeente.
Over 1931 beliep dit f 2198.92, tegen f 2132.58 in 1930.
In het afgeloopen jaap werden voorbereidingen ge
troffen om te komen tot oprichting van een ziekenhuis
verplegingsfonds. Oorspronkelijk lag het in de bedoeling
dit fonds van het Ziekenfonds te doen uitgaan, maar nadere
overwegingen deden het bestuur besluiten het geheel