68
3. de sluis voor afwatering der Lage Waarden
4. de sluis op den Marsch in de Hel
5. de twee sluizen in de Binnengracht
6. de waterkeerende duiker in de kade langs den
Beugelwaard bij de schietbaan op den Marsch
7. het sluisje in de Berkelwandeling tot spuiïng van
de Slingerboschgracht
8. de waterkeerende duiker tusschen de Berkel en de
gracht langs den Coehoornsingel, achter den tuin
in huur bij P r o s t, dienende tot spuiïng der gracht
om het ziekenhuis
9. de waterkeerende duiker in de gracht achter de
mestplaats en de acht duikers met afsluiting en
stuwen, voor afwatering van de bleekerij aan den
Warnsveldschen weg, van de gronden op het
Galilé, van de gracht om de begraafplaats en van
de weide „de kleine Koppelen"
10. de 16 ijzeren afsluiters der riolen in den Jacob
Damsingel, den Coehoornsingel, den Deventerweg,
de Spittaalstraat, de Polsbroek, de Groensteeg,
terrein Wensinck (2 stuks), 2 stuks naar de spoor-
sloot achter den Deventerweg, Zaagmolenweg,
Emmerikschen weg, Buitensingel, Hagepoortplein
en Vliegendijk en van den zinker door de Buiten
gracht, dienende tot afsluiting en keering van hoog
buitenwater
11. het sluisje in den zomerdijk van den Emmerikschen
weg in gemeenschap met Henny c.s.
12. de stuw in de Berkel bij de Nieuwstad en de
Berkel-overwelving
13. de stuw in den mond der oude haven achter de
hoogere burgerschool
14. de afsluiting van twee duikers in de Onderlaatsche
69
laak, één in de Vierakkersche laak en één in de
beek door het Helbergen, in den Buitensingel, den
Emmerikschen weg en den Helbergerweg
15. de schotbalken in den Emperduiker
16. de stuw in de spoorgracht bij den Deventerweg
17. de duiker met afsluiter in den dam achter de
Buitensociëteit bij den Walraadshof
18. de aanvoerduiker in de rechter zomerkade van
de Berkel, boven de Pallandtbrug, dienende tot
het onder water zetten van een gedeelte van de
weide „de Groote Koppelen" en de afvoerduiker
van de weide door een greppel in verbinding met
de Polbeek.
Met de daarvoor beschikbare gelden werden deze
werken zoo goed mogelijk onderhouden.
Rivieren, Kanalen, Vaarten, Grachten, Havens
en andere werken.
De IJsselstanden werden dagelijks opgenomen aan
de Rijkspeilschaal aan de IJsselkade en zijn op den
hierna volgenden staat vermeld, waaruit blijkt dat
gedurende 90 dagen het water beneden den gemiddel
den rivierstand (1911 1920) van 4.42 -j- N.A.P. bleef.
De hoogste stand werd waargenomen op 7 Maart
1931 en bedroeg 6.90 M. -\- N.A.P.
De laagste stand werd waargenomen op 26 October
1931 en bedroeg 3.23 M. N.A.P.