Bijlage S.
VERSLAG van de BRANDWEER over 1930.
Brandraad.
Dit college onderging geen verandering.
Het bestond uit de volgende heeren
A. Wilbrenninck, Commandant-Voorzitter.
J. H. A. Albrecht, Onder-commandant, Onder-Voor
zitter.
G. J. van Laar, H. Levison en A. A. L. Tappers,
leden.
Secretaris: de heer H. N. B. van Santen.
Het college vergaderde meerdere malen en bracht 64
adviezen aan Burgemeester en Wethouders uit inzake
bouw- en hinderwetaanvragen en aanvragen, de brand
weer betreffende.
Algemeene mededeelingen.
In tegenstelling met andere steden van ongeveer
dezelfde grootte en grooter, bleef onze gemeente weer
gespaard voor groote onheilen door brand. Mogelijk
door het steeds veelvuldig uitgeoefend preventief toe
zicht, doch ook doordat bij alarm onmiddellijk met kracht
maatregelen genomen werden, hetgeen toch een zeer
groot belang genoemd mag worden voor de veiligheid
der inwoners.
Met het preventief toezicht was belast de controleur
der brandweer, de heer A. A. L. Tappers. Deze
verricht dat toezicht met de meeste toewijding en tot
groote voldoening van den Brandraad. Zijn werkkring
als zoodanig is zeer omvangrijk.