96 f 4.465.70, zegels enz. f 358.90, reisgeld enz. aan werk zoekenden en geplaatsten f 627.40, brandstoffen en levensmiddelen f 2.498.01, geneeskundige armenzorg f 2.414.97, geneesmiddelen f 617.11, vervoer van zieken naar ziekenhuizen f 377.60, kosten van vergaderingen f 45.20, presentiegelden f 310, toelage aan den secretaris f 3000, bureaukosten f 100 en alle overige uitgaven f 2.340.54, terwijl een nadeelig saldo van f 525.08 op nieuwe rekening overgaat. De uitgaven bedroegen dus met uitzondering van die voor de werkloozenzorg en de presentiegelden en toelagen f 28.095.53 tegen f 22.003.99 in 1928. De langdurige zeer strenge winter in de eerste maanden van het jaar zijn oorzaak dat de geheele rekening over 1929 f 9.921.30 hooger is dan die van 1928. Burgerweeshuis. In de plaats van den heer H. Koerselman werd tot provisor benoemd de heer J. H. ten Elze. Rentmeester-weesvader is G. J. Kobus, die bij het toezicht op de halve weezen werd bijgestaan door mej. L. D. W. Kobus; het toezicht over de landerijen en bosschen bleef opgedragen aan J. Walgemoed. De geneeskundige diensten werden verricht door den arts J. L. Siemens. Onderwijs in de handwerken aan de heele en halve weezen werd gegeven door mej. E. M. Naumann. Het aantal heeie en halve weezen, dat ondersteund werd, bedroeg resp. 2 en 120. De gezondheidstoestand der weezen was op een enkele uitzondering na, goed. Aan den cursus in de nuttige handwerken namen deel een 48-tal leerlingen, 4 meisjes bezochten de vakschool 97 voor meisjes, 5 jongens de ambachtsschool, 11 meisjes volgden een cursus in het koken, 2 kinderen waren op een verstelcursus en 20 kinderen bezochten de huisvlijt- school. Het gedrag der weezen was goed. De landerijen en bosschen werden goed onderhouden en verkeerden in gunstigen toestand. Over 1928 bedroegen: de gewone ontvangsten f 54.799.67' uitgaven - 46.384.54' Saldo f 8.415.13 Volgens de begrooting voor 1929 zijn geraamd: de gewone ontvangsten op f 54.527.43' uitgaven - 53.917.26 Saldo f 610.175 Uit deze cijfers blijkt de gunstige toestand der geld middelen. Gebroeders Bakkers Weeshuis. Op 31 December 1929 werden in het weeshuis ver pleegd 6 meisjes en 1 jongen, en buiten het weeshuis 5 jongens, totaal 12 kinderen. Op een enkele uitzondering na was de gezondheids toestand der weezen goed. De kinderen bezochten de lagere school G, de vak school voor meisjes en speciale cursussen, of leerden een ambacht. Een der jongens is aspirant-machinist bij de Kon. Paketvaart Maatschappij in Nederlandsch-Indië. Hun gedrag gaf geen reden tot klagen. Om zeer overwegende redenen hebben regenten

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1929 | | pagina 50