Bijlage B.
6
Van de overledenen waren 17 kinderen beneden 1 jaar
en 10 van 1—5 jaar.
De sterfte van kinderen beneden één jaar bedroeg 8.12
en die van de kinderen van 1 5 jaar 4.8 der totale
sterfte. Het aantal kinderen, overleden minder dan één jaar
oud, bedroeg 5.06 van het aantal levend geboren kinderen.
Jaar. Aantal overledenen. Beneden één jaar. Van 1 5 jaar.
1918
335
24
7.16%
42
12.54%
1919
286
33
11.54
21
7.34
1920
231
39
16.88%
18
7.79%
1921
274
39
14.23%
28
10.22%
1922
261
39
14.94%
10
3.83%
1923
209
25
11.96%
8
3.82%
1924
213
17
7.94
7
3.27
1925
236
23
9.74
10
4.11
1926
220
20
9.09
10
4.05
1927
218
8
3.67
7
3.21
1928
208
17
8.12%
10
4.8
Aantal levend Overledenen
Jaar geborenen. beneden één jaar. Zutphen Rijk
1918
388
24
6.19
9.29
1919
395
33
8.35
8.42
1920
449
39
8.68
7.28
1921
442
39
8.82
7.62
1922
423
39
9.22
6.73
1923
437
25
5.72
5.69
1924
374
17
4.57
5.12
1925
398
23
5.77
4.96
1926
360
20
5.55
6.11
1927
377
8
2.12
5.87
1928
336
17
5.06
5.28
Bijlage B.
7
HOOFDSTUK III.
Toestand van water, bodem en lucht en hetgeen
tot verbetering daarvan is verricht.
a. Waterloopen, slooten, enz.
Hierover valt niets mede te deelen.
b. Verzameling en afvoer van vuil mestvaalten
goten, enz.)
De Commissie ontving eene klacht van bewoners
der Korte Beukerstraat en Naadzak, over verontreini
ging en stank van eene goot langs hunne woningen,
door afvoer van slachtafval en bloed. Uit een ingesteld
onderzoek bleek, dat deze vervuiling veroorzaakt werd
door eene in de nabijheid gelegen slachtplaats. Nadat
de eigenaar daarvan, op het onhoudbare van dezen
toestand was gewezen, kwam de klacht niet meer in.
Een bewoner der Marschpoortstraat klaagde bij de
Commissie over stank in zijne woning, waarvan de
oorzaak gezocht moest worden in een beerput onder
de waranda gelegen. Hoewel de klacht, na lediging
der put opnieuw inkwam, kon bij herhaald onderzoek
de juistheid er van, niet worden vastgesteld.
Eene klacht over stank van een rioolput, gelegen in
een gang naast eene woning in de Spiegelstraat, werd
onderzocht. De oorzaak was gelegen in eene goot
van een andere, achter zijn pand gelegen woning,
waarvan het menagewater over zijn perceel werd ge
loosd. Daar dit een servituut was, kon alleen geregeld
schoonhouden van de rioolput worden aanbevolen.
