Bijlage B.
2
J. L. Siemens, Arts, Geneesheer;
N. VAN Vliet, Directeur der Rijkslandbouwwinter-
school
Dr. I. M. DE HAAS, Geneesheer;
Mr. G. M. VAN VOORTHUIJSEN, Notaris;
Mr. J. H. C. M. VAN DER KUN, Substituut-Officier
van Justitie.
J. de Priester.
Voorzitter der Commissie C. Bijl.
Secretaris: J C. GOLDENBERG.
Een roosier aangevende het jaar van aftreding van
de leden en den Secretaris, is als bijlage I aan dit
verslag toegevoegd.
Ook in dit jaar heeft de bode E. J. Haijtink zijne
gewone diensten aan de Commissie bewezen.
Aan den heer H. W. A. Behrens bleef opgedragen
het tweemaandelijksch onderzoek van het water der
gemeente waterleiding. De resultaten van dit onderzoek
zijn aan dit verslag toegevoegd als bijlage V. Andere
onderzoekingen hadden dit jaar niet plaats.
B. Huishoudelijke Zaken.
In het jaar 1928 zijn gehouden 5 vergaderingen.
Deze hadden plaats ten gemeentehuize op 22 Fe
bruari, 13 Juni, 19 September, 3 October en 28
December.
In de vergadering van 13 Juni werd het verslag
van de handelingen en bevindingen der Commissie
over het jaar 1927 behandeld en vastgesteld en daarna
op de gewone wijze verspreid.
Het 33e Congres voor openbare Gezondheids
regeling werd 6 en 7 Juli te Rotterdam gehouden.
Bijlage B.
3
De volgende onderwerpen kwamen in behandeling:
1. Drinkwatervoorziening van Nederland, nu en
straks. Praeadviseur de heer W. F. J. M. Krul,
Directeur van het Rijksbureau voor drinkwater
voorziening te 's Gravenhage.
2. De Stad en de Problemen, die zij ons in haar
snellen groei uit een oogpunt van Volksgezond
heid stelt.
In te leiden door den heer Ir. W. G. Witteveen,
stadsarchitect te Rotterdam.
Door de Commissie werd geen deel genomen aan
dit Congres.
De raming van ontvangsten en uitgaven voor het
jaar 1928 werd vastgesteld op een totaal bedrag van
f 1300.Daarvan kwam voor rekening der gemeente
een bedrag van f 900.— (bijlage II).
De rekening en verantwoording over het jaar 1927
werd nagezien en voorloopig vastgesteld in de ver
gadering van 13 Juni 1928. Het voordeelig saldo dezer
rekening ten bedrage van f 359.51 werd bij den ge
meente-ontvanger gestort.
Burgemeester en Wethouders gaven aan de Com
missie kennis, dal deze rekening door hen was na
gezien en in orde bevonden. Ook deelden zij bij
schrijven van 15 December mede, dat op de begroo
ting voor het jaar 1929 een bedrag van f 900.— als
bijdrage voor de Commisste was uitgetrokken.
In het jaar 1927 werd voor gemeente-rekening uit
gegeven een bedrag van f 540.49. (Bijlage III.)