106
N.V. Koelhuis „de Landbouw
Directeur de heer C. Veerdig.
Uitgestrektheid der gronden.
H A.
Bouwland
151.56
Blijvend grasland (wei- en hooiland)
574 27
H A
Tuinen, met inbegrip van boomgaarden
voor eigen gebruik
11 90
Warmoezerijen voor den handel
90 60
Oppervlakte, gebruikt voor de ooftteelt
voor den handel (bessen, boomgaar
den, druiven, enz.)
3.10
Boomkweekerijen
0.70
Bloemkweekerijen
3.95
Totaal tuingrond
110.25
Eiken hakhout
0.25
Ander hakhout
0 90
Opgaand loofhout
2.20
Griend-, twijg- of rijswaardenhout
2 85
Totaal boscli
6.20
Dijken en bermen
4.95
Riet- en biezenland
43.30
Kwelders, schorren, aanwassen en slikken
9.50
Vergraven grond, moeras, strand en water.
21.21
Veld- en spoorwegen
42.75
Onbelastbare eigendommen
108.20
Erven van gebouwen en lustplaatsen
79.80
Totaal oppervlakte der gemeente
1151.99
Toestand van den veestapel.
Paarden en Paardenhandel.
Paardenziekten kwamen niet voor.
107
De paardenhandel en de fokkerij zijn hier niet van
groote beteekenis.
De prijzen der paarden waren in het algemeen laag.
Rundveehandel in vee, melk boter en kaas.
De toestand van den rundveestapel was dit jaar
goed te noemen. Het mond- en klauwzeer kwam slechts
zelden voor.
De veeprijzen waren vrij hoog, althans die van het
melkvee.
De vleeschprijzen waren nog niet in verhouding
tot de prijzen van het vee.
De melkprijs bedroeg in de zomermaanden f 0.13
en in de wintermaanden f 0.15 per liter. Het houden
van melkvee was over het algemeen loonend.
De boterprijzen waren in 1928 tamelijk hoog.
Kaas wordt hier niet bereid.
Schapen en schapenhandel.
Schapen worden hier weinig gehouden en de schapen-
handel is van weinig beteekenis.
De bestede prijzen waren over het algemeen niet
hooger dan in 1927.
Geiten en bokken.
Deze worden meestal door arbeiders en tuinbouwers
gehouden.
Varkens.
De varkenshouderij is hier van weinig beteekenis.