Bijlage W.
2
T ransportmiddelen.
Een der motorrijwielen, die sedert 1921 regelmatig
in gebruik zijn geweest, werd ingeruild tegen een
Ner a Car. De automobiel, die ook vanaf 1921 in
gebruik is geweest, begint ernstige ouderdomsgebreken
te vertoonen, zoodat aanschaffing van een nieuwe
dienstauto noodzakelijk is.
Algemeene beschouwingen.
Nieuwe algemeene maatregelen van bestuur, be
rustende op de artt. 14 en 15 der Warenwet, kwamen,
evenmin als wijzigingen der bestaande, in het afge-
loopen jaar tot stand. Door den Minister van Arbeid,
Handel en Nijverheid zijn in 't laatst van dit jaar de
gemeentebesturen uitgenoodigd de gemeentelijke ver
ordening op de keuring van waren op een tweetal
punten aan te vullen, teneinde moeilijkheden, die zich
in den loop der jaren bij enkele strafvervolgingen
wegens overtreding dier verordeningen hadden voor
gedaan, in de toekomst te voorkomen.
De aanvulling van art. 4 was gewenscht, omdat
overtreding van de in verschillende Koninklijke be
sluiten ex. art. 15 der Warenwet voorgeschreven
maatregelen van hygiënischen en anderen aard niet
strafbaar waswel het verkoopen van waren, die in
strijd met die voorschriften waren bereid, gewonnen
of behandeld. De tweede aanvulling is een gevolg
van een arrest van den Hoogen Raad van 5 Maart
1928, W. v. h. R. No. 11819, waarin wordt uitge
sproken, dat de melkveehouder niet valt onder het
begrip „koopman".
Verandering in de wijze, waarop het toezicht op
Bijlage W.
3
den verkoop van waren werd uitgeoefend, vond niet
plaats.
Het toezicht op de handhaving van de hygiënische
bepalingen van de verschillende Koninklijke Besluiten,
vroeg wederom speciale aandacht, want steeds weer
blijkt, dat nog al te veel melkveehouders, bakkers en
winkeliers niet weten wat zindelijkheid is. Het zijn
niet alleen kleine verkoopers bij wie aanmerking
gemaakt moest worden, doch ook bij de grootere
zaken is het niet altijd goed in orde. Zoo moest tegen
de directie van een banketfabriek proces-verbaal op-
gèmaakt worden, wegens den sterk vervuilden toestand,
waarin hun fabriek verkeerde, ondanks herhaalde
aanmaningen om verbetering aan te brengen. Evenzoo
zijn strengere maatregelen genomen tegen een melk
inrichting, waar ook zeer onhygiënische toestanden
zijn aangetroffen. De toestand in deze fabriek was
na de genomen maatregelen zeer verbeterd. Over 't
algemeen is verbetering op hygiënisch gebied niet
gemakkelijk aan te brengen, omdat de betrokken
personen er zelf zoo weinig voor gevoelen.
Ook in 1928 werden stalinspectie's gehouden, doch
door het uitbreken van mond- en klauwzeer werden
deze inspecties begin Maart weer stop gezet.
De controle op de aanwezige middelen van water
voorziening bij melkverkoopers, limonadefabrikanten,
bakkers, hotels, café's, pensions, enz. werd voortgezet.
In meerdere gevallen moest het water worden afgekeurd.
In vele bereidplaatsen van levensmiddelen werden
nog misstanden aangetroffen. Dikwijls werden die
bereidplaatsen tevens gebruikt voor het verrichten
van huishoudelijke bezigheden, het wasschen van
lijfgoederen, als slaapplaats of als stal. Ook in vele