S" 5/q
Bijlage V.
18
met aan de eischen, aan melkbrood gesteld, voldeed.
Enkele malen moest nog gewaarschuwd worden
tegen het vervoer van brood, dat niet voldoende was
beveiligd tegen stof, vuil en insecten.
Sommige bakkers gebruikten bij de broodbereiding
z.g. hulpmiddelen, die zij tegen te hoogen prijs in
kochten. Deze hulpmiddelen zouden het brood een
smakelijker aanzien geven. Het gebruik daarvan is
echter bij art. 8 van het broodbesluit niet toegestaan.
Een enkele maal moest nog al eens streng worden
opgetreden tegen bakkers, wier bakkerijen (vooral de
vloer) ergerlijk vervuild waren. Na een bedreiging met
opmaken van een proces-verbaal, werd aan de opdracht
tot reiniging gevolg gegeven. Ook moest gewaarschuwd
worden tegen het gebruik van de bakkerij als keuken
en woonvertrek. Verder werd eenige malen gecon
stateerd, dat de bakkerij werd gebruikt als waschlokaal
waarbij meelfrog of broodrek diende als bergplaats
voor het vuile goed.
Het toezicht op het water, in de bakkerij in gebruik,
had regelmatig plaats; er werden 64 monsters water
onderzocht, waarbij bleek, dat 61 monsters als gebruiks-
water voor de bakkerij ongeschikt waren. In gemeenten,
waar een waterleiding aanwezig is, is de oplossing
natuurlijk zeer eenvoudig, doch moeilijker wordt het
in die plaatsen, waar men op grondwater is aangewezen
en ondanks herhaalde boringen geen beter gebruiks-
water is te krijgen.
Bijlage V.
19
Consumptie-ijs.
De 82 onderzochte monsters z.g. roomijs, gekocht
van de karretjes langs den weg, in de lunchrooms,
restaurants, etc. bleken bij onderzoek geen van alle
werkelijk roomijs te zijn. Alleen enkele banketbakkers
bleken roomijs af te leveren, dat aan de gestelde eischen
voldeed en uit room was bereidverder was het in
het algemeen melkijs, bereid uit meel en melk, al dan
niet verdund met water. In enkele restaurants werd
als roomijs verkocht een product, bestaande uit meel
en melk, waaraan wat room was toegevoegd.
Kunstmatige zoetstoffen werden 2 maal aangetoond.
Het kiemgetal van de door dezen dienst gekochte
monsters consumptie ijs bleek nog zeer slecht te zijn.
Slechts 16 monsters van de 82 bevatten minder dan
100,000 bacteriën per c.M.3, 21 monsters van 100,000
tot 1,000,000 en 43 monsters meer dan 1,000,000 tot
zelfs 62,000,000 toe. In 43 monsters kwamen glucose en
lactose vergistende organismen voor, terwijl in 13
monsters werkelijk coli van faecalen oorsprong werden
aangetoond.
Deze resultaten zijn verre van goed en behoeven
ook niet te verwonderen, als men weet, op welke
primitieve wijze dit product dikwijls wordt gemaakt
en bewaard. Helaas geeft de Warenwet geen voldoende
steun om de verkoop van dit product, dat eigenlijk
een bevroren bacteriemassa is, tegen te gaan. Het
publiek schijnt het echter lekker te vinden. Men moet
zich echter met verwondering afvragen, hoe het mogelijk
is, dat tot heden nog zoo weinig schadelijke gevolgen
