Bijlage L
20
XIII. Muntgasexploitatie.
Onderstaand staatje geeft een overzicht van de be
staande muntgasinstallaties, in vergelijking met het
vorig jaar.
1 Jan 1925
31 Dec. 1925.
Zutph.
Warnsv. Zutph.
Warnsv.
a. In gebruik in perceelen, waarin
de leiding eigendom der fabriek
is
1492
72
1455
72
b. In gebruik in perceelen, waarin
de leiding niet door de fabriek
is gelegd
206
7
211
7
c. Perceelen, waarin de leiding is
eigendom der fabriek, doch waarin
de bewoner geen gas gebruikt
289
20
324 1
23
1981
99
1990
102
Over de muntmeters werd gebruikt 481712 M3 gas,
aangewezen door het telwerk.
Onafgebroken zijn van 1 Januari tot 31 December
in gebruik geweest 1572 installaties, waardoor gebruikt
werd 435915 M3, of per installatie gemiddeld 277 M3.
Het verbruik bedroeg bij
29 verbruikers
0
tot
49
M3
75
50
99
124
100
149
195
150
199
298
200
249
235
250
299
Transport. 956
Bijlage L.
21
Transport 956 verbruikers.
218
300 tot 349 M3
158
350
399
94
400
449
67
450
499
23
500
549
27
550
599
18
600
649
3
650
699
4
700
749
2
750
799
800
849
1
850
899
900
949
1
950
999
Totaal 1572
Het kleinste verbruik bedroeg 1 M3, het grootste
995 M3.
Aan geldstukken (2'/2 en 10 centstukken) werd in
de bussen der meters gevonden
a. in de stad:
(meters ingesteld op een gasprijs van 10 cent)
f 46498,90, zijnde f 8,— meer dan voor 464909 M3
a 10 cent noodig was.
Wegens den hoogeren gasprijs moest worden bij
betaald f 21393,26 voor 139845 M3 a 6 cent en
325064 M3 a 4 cent.
Bovendien moesten 392 verbruikers wegens minder
1
I
I
yy
yy
t
yy
yy
yy
ty
W
yy
*y
f)
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
yy
ty