Bijlage B.
18
Naar aanleiding van het voorkomen van drie gevallen
van Diphteritis in eene klasse der Christelijke school
in het vorig jaarverslag vermeld, vroegen Burgemeester
en Wethouders het advies der Commissie over de
wenschelijkheid om hier ter stede in te voeren eene
verordening „tegen besmetting op school", zooals die
in andere gemeenten bestaat en waarbij een exemplaar
der bestaande verordening van de gemeente Enschedé
werd overgelegd.
De sub-commissie die hierover rapport uitbracht, gaf
als hare meening te kennen, dat de invoering eener
verordening zooals hierboven genoemd, haar zeer
gewenscht voorkwam. Zij voegde hieraan toe, eenige
wijzigingen en aanvullingen die haar voor deze gemeente
noodig voorkwamen. Na behandeling van dit rapport
werd aan Burgemeester en Wethouders advies uit
gebracht.
Burgemeester en Wethouders vroegen het advies der
Commissie over een bij hen ingekomen voorstel van
de commissie van bijstand voor de gemeentereiniging,
om het ophalen van den slachtafval, dat tot heden
voor belanghebbenden kosteloos geschiedt, te laten
betalen met 25 cents per ton en per keer.
Hierover was aan het einde van dit jaar nog geen
advies uitgebracht.
Een staat van verordeningen en besluiten der gemeente
Zutphen, in het belang der volksgezondheid vastgesteld,
of daarmede in verband staande en nog van kracht
op 31 December 1924, is als bijlage VI aan dit verslag
toegevoegd.
Bijlage B.
19
HOOFDSTUK XII.
Onderwerpen niet vallende onder een der
vorige hoofdstukken.
De Gezondheidscommissie te Velsen richtte een
schrijven tot de Commissie, waai bij de aandacht werd
gevestigd op het Wetsontwerp, door de regeering aan
de Tweede Kamer aangeboden, houdende voorzieningen
tegen besmettelijke ziekten.
Het betrof in het bijzonder de artikelen, welke be
trekking hebben op de inenting tegen de pokken.
Terwijl tot nu toe alleen diegenen werden vrijgesteld,
wier gezondheidstoestand bezwaar opleverde tegen
inenting, zou volgens dit ontwerp, ook vrijstelling
kunnen worden verleend wegens gewetensbezwaren,
berustende op de godsdienstige overtuiging.
Daar de Commissie zich volkomen kon vereenigen
met hetgeen hiertegen door de Gezondheidscommissie
te Velsen werd aangevoerd, besloot zij instemming te
betuigen met het request dat hierover aan de Tweede
Kamer zou worden gezonden.
Behandeld en vastgesteld in de vergadering
van de Gezondheidscommissie te Zutphen den
19den Mei 1925.
D. MOLENAAR, Voorzitter.
J. C. GOLDENBERG, Secretaris.