SOo Bijlage S. 24 1 motorspuit, compleet uitgerust, met 250 M. slang 1 rijdende mechanische ladder, van 14 M. hoogte, met bijbehooren 1 materiaal-wagen met gereedschap 1 transport-rijwiel 2 zware brandladders 1 stokladder 3 eenhakige haakladders 3 steekladders 1 rookmasker 1 koperen pyrene 1 wagen, waarin rookmasker en verbandmiddelen voor eerste hulp bij ongelukken 8 slangenwagens, compleet uitgerust voor het gebruik op de waterleiding elk met ongeveer 200 M. slang 7 handbrandspuiten, waarvan 2 in de Hoven, 1 op het Broederenkerkplein, 1 op de Nieuwstad, 1 aan de Raadhuissteeg en 2 in den Hoofdpost. Brandkranen en pijpwellen. Voor het blusschingswerk is de brandweer ten oosten van den IJssel hoofdzakelijk aangewezen op de brand kranen, welke zijn aangebracht op de gemeentewater leiding. In „de Hoven", het gedeelte der gemeente, gelegen ten westen van den IJssel, waar geen waterleiding aanwezig is, wordt nog gebruik gemaakt van pijpwellen. Blijkens schrijven d.d. 30 December 1920 van Bur gemeester en Wethouders is de zorg voor het gangbaar en bij sneeuw zichtbaar blijven van de brandkraandeksels Bijlage S. 25 opgedragen aan Gemeente-werken, en het onderhoud der kranen zeiven aan de Waterleiding. Dat College heeft aan Gemeentewerken tevens opgedragen om bij sneeuwval ruw zout op de brandkraandeksels te strooien. In den loop van het jaar werden 6 nieuwe kranen bijgeplaatst, t.w.: 2 in de straten tusschen de woningen van de D. E. S. a/d Warnsv. weg 1 op het Stationsplein 1 in den Tengnagelshoek 1 in de Badhuisstraat en 1 in den Badhuisweg. Einde 1924 waren in de gemeentewegen in totaal aanwezig 170 brandkranen, op ouderlingen afstand van 100 M. Zij zijn alle ondergronds. Bovendien zijn nog aanwezig 4 brandkranen aan de Gasfabriek, 2 aan het Gasthuis, 1 aan de Waliënkazerne, 1 aan de IJzendoornkazerne en 1 aan de Latijnsche School. Vaste aanjager. Er was einde 1924 nog 1 vaste aanjager, t.w. aan den Weg naar Laren. Alarmeering. Ter bereiking van eene stelselmatige alarmeering in geval van brand, is de stad in 7 kringen verdeeld, welke genummerd zijn overeenkomstig den daarin gestation neerden slangen wagen. De voorschriften voor de alarmeering zijn door

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1924 | | pagina 248