Bijlage A. 2 3. Voorschriften door den gemeenteraad vastgesteld nopens behoorlijke bewoning (art. 1, tweede lid der Woningwet). Hieromtrent kwam niets vermeldenswaardigs voor. 4. Verleende bouwvergunningen. Aantal vergunningen, verleend voor: Gebouwen, waarin Gebouwen, waarin woningen geen woningen Nieuwbouw 15 18 Herbouw Verbouw 26 40 5. Gereedgekomen woningen. Aantal woningen, dat in den loop van het dienstjaar is beschikbaar gekomen door: a. Aan-, her- of verbouw29 b. Verandering van bestemming zonderverbouwing 6. Vervallen woningen. Aantal woningen, dat in den loop van het dienstjaar is vervallen door: a. Slooping b. Verbouw3 c. Verandering van bestemmingzonderverbouwing 4 In aanbouw waren tegen het einde van 1923 91 woningen. 7. Toepassing van art. 8 der Woningwet. Kwam niet voor. Bijlage A. 3 8. Toepassing van art. 9 der Woningwet. Het bouw- en woningtoezicht fungeert alleen in de gemeente Zutphen. 9. Toepassing van art. 10 der Woningwet. HOOFDSTUK 11. Aangifte omtrent het aantal woningen. 10. Toepassing van art. 11 der Woningwet. 11. Toepassing van art. 12 der Woningwet. 12. Vrijwillige woningtelling. HOOFDSTUK III. Verbetering van woningen; overbevolking. 13. Toepassing van art. 15 der Woningwet. 14. Aanschrijvingen tot verbetering van woningen (art. 17 en 19, tweede zinsnede, der Woningwet). 15. Verbetering van woningen als gevolg van onder- handsch overleg tusschen het gemeentebestuur en den eigenaar. 16. Aanschrijvingen ter zake van overbevolking (art. 18 en 19, tweede zinsnede, der Woningwet). 17. Zelfstandige onderzoekingen van Burgemeester en Wethouders krachtens art. 19, eerste zinsnede der Woningwet. 18. Toepassing van art. 20, eerste lid, der Woningwet.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1923 | | pagina 69