Bijlage M. 4 plaatst in de hoogspanningsruimte aan de Noorder haven, verwisseld tegen een van 30 K.V.A., aangezien eerstgenoemde in den nacht van 20 op 21 Juni defect raakte, waardoor opzending naar de fabriek noodza kelijk was geworden. Deze transformator, welke in middels werd terugontvangen, dient thans voor reserve. In het afgeloopen jaar zijn alle transformatoren ge controleerd en schoongemaakt. De olie werd bij die gelegenheid gefilterd en gedroogd. Bijzonderheden hebben zich daarbij niet vertoond, behalve dat aan sommige transformatoren te zien was, dat er veel van geëischt werd. De toeneming van het aantal aansluitingen bedroeg 115 stuks met een aansluitwaarde van 241 K.W. Het aantal aansluitingen uitsluitend voor „Kracht" liep terug van 20 tot 17, tengevolge van het overgaan naar de categorie „Licht en Kracht". De uitbreiding van de aansluitwaarde komt voor het grootste deel, n.l. onge veer 200 K.W., op „Licht en Kracht", terwijl die voor „Licht" toenam met ongeveer 40 K.W. Het aantal motoren werd uitgebreid met 23 stuks en een capaciteit van 191 P.K. Het aantal geplaatste meters nam toe met 125 stuks; terwijl met de uitwisseling van meters, om deze te herijken, regelmatig werd voortgegaan. Blijkt uit het bovenstaande, dat nog steeds van een regelmatigen groei mag worden gesproken, ook de stroomverkoop vertoonde een gunstig beeld. Het aantal afgegeven K. W. U., voor licht nam toe met bijna 14000 of 4,4%. terwijl voor kracht 22223 K. W. U. méér werden afgegeven dan over het vorige jaar, hetgeen een toeneming met 38 beduidt. De groei van het licht debiet werd ongunstig beïnvloed door Bijlage M. 5 het overgaan van één verbruiker naar de categorie „Licht en Kracht", terwijl de toeneming voor kracht abnormaal kan worden genoemd, omdat veel stroom is afgenomen ten behoeve van de havenwerken aan den Marschweg. Alleen daarvoor werden bijna 15000 K.W.U. afgegeven. Indien deze in mindering worden gebracht op het totaal, zou toch nog een toeneming van 12.5 mogen worden geboekt. Ook voor „Licht en Kracht" is het aantal afgegeven K.W.U., vergeleken bij 1922, aanmerkelijk gestegen. Over 1923 werden niet minder dan ruim 177000 K.W.U. méér afgenomen dan over 1922 of ruim 68 De oorzaak van deze abnormale toeneming moet worden gezocht in het feit, dat één grootverbruiker, welke het vorige jaar slechts weinig heeft afgenomen, thans 46000 K.W.U. méér afnam, terwijl één groot verbruiker gedurende het afgeloopen jaar voor het eerst in bedrijf kwam en ongeveer 27000 K.W.U. af nam. Hierbij gevoegd het verbruik van 37000 K.W.U. van den verbruiker, die overging van „Licht" op „Licht en Kracht", werden voor deze drie verbruikers alleen reeds 110000 K.W.U. méér afgegeven. Voor de andere blijft dan een toeneming van circa 66000 K.W.U., wat een stijging beteekent van ruim 25 Ook het stroomverbruik der abonnementsinstallaties nam toe en wel met ruim 10000 K.W.U. of ongeveer 13,5 terwijl voor de nood-straatverlichting, welke gedurende de maand November is vervallen, 1404 K.W.U. minder werden afgegeven. Het in totaal afgegeven aantal K.W.U. wijst een toeneming aan van ruim 222000 of ruim 30 Waar de omzet en bijgevolg ook de ontvangsten grooter worden, moet echter ook rekening worden

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1923 | | pagina 190