124
d. Gast- en Ziekenhuizen en Krankzinnigen
gestichten.
Aan het door provisoren van het Oude- en Nieuwe
Gasthuis ingediende verslag over 1921 wordt het
volgende ontleend.
Ziekenhuis.
Behalve de directrice bestond het verplegend perso
neel uit 17 verpleegsters en 1 verpleger.
Aan het hoofd der huishouding stond eene huis
houdster.
In het ziekenhuis, inbegrepen het daarbij behoorende
lazareth, werden gedurende 1921 verpleegd 332 man
nen en 305 vrouwen, totaal 637 patiënten met 14591
verpleegdagen.
Van deze 637 patiënten werden ingevolge artikel 20
van het reglement 71 mannen en 76 vrouwen, te zamen
147 patiënten met 4312 verpleegdagen, gratis verpleegd,
terwijl ingevolge opdracht van het Burgerlijk Armbestuur
voor 34 mannen en 33 vrouwen gedeeltelijk in de
verpleegkosten werd bijgedragen.
Van de patiënten, gedurende 1921 verpleegd, waren
304 buiten de gemeente woonachtig.
Gedurende 1921 verlieten hersteld de inrichting 298
mannen en 278 vrouwen, terwijl 21 mannen en 14
vrouwen overleden, zoodat bij den aanvang van 1922
het aantal patiënten 35 bedroeg21 mannen en 14
vrouwen.
In het lazareth werden verpleegd 49 zieken, waar-
125
onder gedurende 167 dagen 44 niet-betalende en ge
durende 41 dagen 5 gedeeltelijk betalende uit de
gemeente Zutphen.
Poliklinisch werden behandeld 251 personen.
In het ziekenhuis werd de Röntgen installatie be
langrijk verbeterd en uitgebreid met een hoogtezon.
De tarieven werden verhoogd en de gelegenheid werd
geopend om met grootere lichamen, afzonderlijke over
eenkomsten aan te gaan.
In September werd in gebruik genomen een Roode-
Kruis-auto, gehuurd van de directie der Artillerie
inrichtingen te Delft. Aanvankelijk blijkt dit vervoer
middel in een behoefte te voorzien.
Geneeskundig gesticht voor krankzinnigen te Zutphen.
Op 1 Januari 1921 werden verpleegd 497 patiënten,
waarvan 243 mannen en 254 vrouwen. Gedurende
1921 werden opgenomen 67 mannen en 61 vrouwen,
terwijl 32 mannen en 40 vrouwen de inrichting hersteld
of verbeterd konden verlaten 17 mannen en 12 vrouwen
werden overgeplaatst naar andere gestichten en 19
mannen en 21 vrouwen overleden.
Het percentage der hersteld en genoegzaam hersteld
ontslagenen op het aantal opgenomenen bedroeg
ruim 56 dat der overledenen op het aantal ver
pleegden ruim 8,2
Einde 1921 waren alzoo aanwezig 242 mannen en
242 vrouwen, totaal 484 patiënten, naar de Provincie
hunner herkomst verdeeld als volgt