jo
1
Bijlage D.
26
van de hoogere burgerschool vielen er 3
af wegens niet-bevordering tot de 4e klasse;
de 6 leerlingen der middelbare handelsschool
verkregen allen het einddiploma maar een
hunner moest wegens een onvoldoend cijfer
voor wiskunde in September herexamen in
dat vak doen, dat gunstig afliep; de leer
ling van het gymnasium trok zich vóór het
examen terug.
De le handelsklasse kon dus in September
geopend worden met 15 leerlingen namelijk
12 mannelijke en 3 vrouwelijke; hiervan zijn
9 leerlingen uit Zutphen en 6 uit buiten
gemeenten.
Alle leerlingen volgen het volledig onder
wijs, behalve 1 mannelijke leerling die op
geneeskundige verklaring vrijgesteld is van
het onderwijs in lichamelijke oefening.
Geen der leerlingen was vrijgesteld van
de betaling van schoolgeld.
Verorde- In de „Verordening op het M. O. in de
nmgen. gemeente Zutphen" werden de artikelen in
gevoegd die betrekking hebben op de hoo
gere handelsklassen.
Art. 4 bevat eene opsomming der vakken
van onderwijs, tevens opent dit artikel de
mogelijkheid, indien er behoefte aan blijkt
te bestaan, van facultatief onderwijs in andere
dan de opgenoemde vreemde talen.
Art. 5 schrijft voor dat het programma
met leerplan en boekenlijst wordt vastge-
Bijlage D.
27
steld door de Commissie van Toezicht op
voorstel van directeur en leeraren.
Art. 6 bevat de eischen van toelating,
hieruit zij vermeld dat zonder examen tot
de le klasse kunnen worden toegelaten, zij
die bevorderd zijn tot de 4de klasse eener
hoogere burgerschool met 5 j. cursus, zij
die in het bezit zijn van het einddiploma
eener hoogere burgerschool met 3 j. cursus
of van het einddiploma eener middelbare
handelsschool. Zij die dit laatste diploma
bezitten, maar voor het vak wiskunde min
der dan 6 hebben verkregen worden slechts
toegelaten na een voldoend herexamen in
dat vak bij het begin van het schooljaar.
De overige artikelen bevatten bepalingen
van administratieven aard.
Wat het schoolgeld betreft zijn de leer
lingen der handelsklassen gelijk gesteld met
die van de 4e en 5e klasse der hoogere
burgerschool.
In de „Jaarweddenverordening H. en M.
O." werd de bepaling opgenomen dat wat
betreft de bezoldiging der leeraren hoogere
burgerschool en hoogere handelsklassen als
ééne inrichting zouden worden beschouwd.
Programma. De Commissie van Toezicht heeft de
voorstellen van Directeur en leeraren inzake
leerplan en boekenlijst onveranderd overge
nomen het programma mocht zonder eenige
opmerking de goedkeuring verwerven van