14 H. L. Wolters, H. J. W. Zonnenberg. Hunne voorloopige bestemming is: 2 vrouwelijke sludeeren voor Candidaat- notafis. 1 vrouwelijke is geplaatst op een kantoor. 2 mannelijke studeeren voor acte M. O Geschiedenis. 1 mannelijke studeert voor Mijnb. Ing. 1 mannelijke studeert voor tandarts. 1 mannelijke studeert voor ambtenaar B.B. 1 mannelijke studeert voor surnumerair regis- stratie en domeinen. 1 mannelijke is in opleiding voor adspirant- landmeter. 1 mannelijke is in opleiding voor adj.-inspec- teur van politie. 1 mannelijke is geplaatst op het laboratorium van Philips Gloeilampenfabriek. 1 mannelijke is geplaatst op het kantoor van eene inspectie van het L. O. 2 mannelijke zijn geplaatst op een handels kantoor. 2 mannelijke hebben nog geene betrekking kunnen vinden. hen der niet geslaagde Candidaten deed met gunstig gevolg toelatingsexamen voor de K. M. A. te Breda en werd bij hetrang- schikkingsonderzoek geplaatst als Cadet voor de Artillerie in N. O. Indië. Bijlage D. 15 De beide andere niet geslaagde Candi daten keerden tot de school terug. Onder leiding van den leeraar in Plant en Dierkunde Dr. P. M. Keer werden kleine botanische excursies gehouden. Verorde- In de Gemeenteraadszitting van 7 Februari ningen. werd vastgesteld een nieuwe jaarwedden- verordening voor het Hooger en Middel baar Onderwijs met terugwerkende kracht tot 1 Januari 1920. Hierbij werden de salarissen in overeen stemming gebracht met die van de leeraren der Rijkshoogereburgerscholen. Niet opgenomen werd de bepaling inzake de vaste en tijdelijke uren die voorkwam in de oude verordening Later werd bij besluit van Burgemeester en Wethouders van 7 Juli echter vastgesteld dat ook te dezen opzichte de Rijksregeling geheel zou worden gevolgd. In de Gemeenteraadszitting van 9 Mei werd de Verordening op het M. O. gewij zigd met het oog op de inrichting der Han delsklassen; voor de hoogere burgerschool bracht deze wijziging geene verandering van beteekenis mede. In de Gemeenteraadszitting van 20 De cember werd een nieuwe progressieve school geldregeling vastgesteld. Waar deze regeling ongunstiger is dan de Rijksregeling en vooral de buifenleeilingen in eene ongunstige con ditie plaatst, zal nog afgewacht moeten

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1921 | | pagina 144