^?2_
Bijlage A.
2
2. Voorschriften door den Ge
meenteraad vastgesteld betreffende
de eischen, waaraan moet worden
voldaan bij het geheel of voor een
gedeelte vernieuwen van woningen.
In de raadsvergadering van 1
November 1920 deelde de Voor
zitter mede dat een circulaire van
den Minister van Arbeid dd. 30 Juli
1920 no. 13251, afd. Volksgezond
heid was ontvangen, waarin ver
scheidene voorschriften (bij wijze
van subsidievoorwaarden) met be
trekking tot den bouw van arbeiders
woningen zijn opgenomen. Ge-
wenscht wordt een verdiepings
hoogte van 2.70 M., terwijl de
bouwverordening 2.80 M. voor
schrijft. Op de bovenverdieping
wordt voor die hoogte volgens de
verordening 2.60 M. vereischt, ter
wijl de ministeriëele circulaire 2.40
M. aanhoudt. Aangezien de bouw
verordening geen dispensatie toe
laat, stelden Burgemeester en Wet
houders voor te besluiten, dat voor
woningen met rijkssteun gebouwd,
met de genoemde afmetingen van
2.70 M. en 2.40 M. genoegen zal
worden genomen. Dien overeen
komstig werd besloten.
Zie vermelding „Schoonheids
paragraaf" op vorige bladzijde.
Bijlage A.
3
3. Voorschriften door den Ge
meenteraad vastgesteld betreffende
de eischen, waaraan moet worden
voldaan met betrekking tot bestaan
de, niet onder 2 begrepen woningen.
4. Voorschriften door den ge
meenteraad vastgesteld nopens be
hoorlijke bewoning; zuivering van
ongedierte, afscheiding van slaap
plaatsen en overbevolking.
5. Toepassing van art. 8 der
Woningwet.
Kwam niet voor.
Kwam niet voor.
Kwam niet voor.
HOOFDSTUK II.
Verbetering van Woningen; Overbevolking.
6. Toepassing van art. 12 der
Woningwet.
7. Toepassing van art. 16 der
Woningwet.
8. Aanschrijvingen tot verbete
ring van woningen, met opgave
van het aantal aanschrijvingen en
van het aantal gevallen, waarin de
bewoning ingevolge de aanschrij
ving werd gestaakt.
9. Aanschrijvingen ter zake van
overbevolking.
10. Toepassing van art. 17, l3t8
lid, der Woningwet.
Kwam niet voor.
Kwam niet voor.
Kwam niet voor.
Kwam niet voor.
Kwam niet voor.