86 Bestuur. Met groot leedwezen is melding te maken van het overlijden in Maart 1920 van het medebestuurslid, den heer C. C. B r ii n i n g s, die sinds 1879 zitting had en laatstelijk belast was met het departement „buiten bezittingen". In zijn plaats werd door den Raad dezer gemeente in Juni d.a.v. gekozen de heer D. O. N o r e 1. In November dezes jaars achtte de Voorzitter, de heer Mr. J. L. A. S t o I k, den tijd gekomen om ontslag te vragen als bestuurslid dezer instelling, waaraan hij sedert 1875 zijn volle toewijding gegeven had. In zijne plaats benoemde de Raad in December d.a.v. de heer F. J. M. M. D e u r v o r s t. Ambtenaren en personeel. Op 31 December 1920 bestond het verplegend per soneel in het stadsgesticht in de mannenafdeeling uit: 1 hoofdverpleger, 2 eerste verplegers, 28 inwonende verplegers en 26 uitwonende verplegers. In de vrouwenafdeeling uit1 hoofdverpleegster, 2 eerste verpleegsters en 38 verpleegsters. In het buitengesticht bestond het verplegend perso neel op 31 December 1920 uit: 2 hoofdverpleegsters, 2 eerste verpleegsters, 38 verpleegsters, 11 verplegers en 10 uitwonende verplegers. De getalsterkte van het in- en uitwonend personeel in de gestichten onderging eenige vermeerdering. In beide gestichten wordt geregeld door de genees- heeren een cursus gegeven in de zieken- en krankzin nigenverpleging, waaraan al de nieuw aankomende 87 verpleegsters en verplegers verplicht zijn deel te nemen. In het stadsgesticht behaalden 4 verpleegsters en 4 verplegers het eerste gedeelte van het diploma, 5 verpleegsters en 6 verplegers het tweede gedeelte en 3 verpleegsters en 5 verplegers het derde gedeelte. In het buitengesticht behaalden 5 verpleegsters en 5 verplegers het eerste gedeelte van het diploma, 2 verpleegsters en 1 verpleger het tweede gedeelte en 6 verpleegsters en 1 verpleger het derde gedeelte. In 1920 kwam tot stand ten nieuwe pensioenregeling, gelijk aan die der gemeente-ambtenaren alhier en werd ook een weduwen- en weezenpensioenregeling vastgesteld. Patiënten. De gezondheidstoestand was in beide gestichten gunstig. Evenals voorheen wordt er steeds zooveel mogelijk naar gestreefd om de patiënten door arbeid van ver schillenden aard in de werkplaatsen, in huis en buiten op de landerijen of in de tuinen bezig te houden. Het landbouwbedrijf op het „Groot Graffel" ver schafte ook dit jaar velen patiënten werk. De gekweekte groenten, de melk der koeien en de gemeste varkens werden aangewend ten behoeve der voeding van de bevolking der twee gestichten en van het ziekenhuis. Onder geleide van verplegend personeel werden door daartoe geschikt geoordeelde patiënten wande lingen en uitstapjes gemaakt in de omstreken van Zutphen en Warnsveld.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1920 | | pagina 45