Bijlage K.
6
schadevergoeding aangeboden, waarvoor het voorwerp
getaxeerd was. De vergoeding werd geweigerd door
de familie Coenen, den Heer S. Nijburg, den Heer
J. A. L. Stolk en de Vereeniging Zutphen Vooruit.
Bij de groote kosten, die liet Museum voor het restau-
reeren op zich zal moeten nemen, zijn deze schen
kingen gaarne aanvaard.
Op aanvraag van de Gemeente werd een volledige
lijst van de voorwerpen ingeleverd, welke groote schade
hebben geleden of verloren gegaan zijn. Deze lijst
is ook in het jaarverslag opgenomen.
Nu, bijna een jaar na den brand, is het gebouw
nog steeds in ontredderden toestand, het uitbreidings
plan is niet verwezenlijkt en het Museum zal vooreerst
nog niet weer geopend worden. De inboedel ziet er
in het depot van allen luister ontdaan, armoedig uit
en het schijnt nog ver af, dat de Graafschap een haar
waardige Oudheidkamer zal bezitten. Toch blijft de
belangstelling van de Zutphenaren nog bestaan, dit
blijkt uit de genoemde gaven in geld en het geven
van verschillende voorwerpen ter vervanging van het
verlorene, ook uit de telkens weer herhaalde vraag of
het Museum nog niet weer geopend wordt. Laat ieder
dan mettertijd nog eens nazien of iets van kunstwaarde
of geschiedkundige beteekenis kan worden afgestaan,
want door de samenwerking van velen alleen kan het
ontredderde Museum van de Graafschap herleven.
Hoewel het Museum het geheele jaar voor het publiek
gesloten is geweest, werden toch nog enkele inlichting
door de Secretaresse gegeven.
Het Museum ontving met groote dankbaarheid ver-
Bijlage K.
7
scheiden voorwerpen ten geschenke, waarschijnlijk
werden de gevers tot hun gift bewogen om de verliezen
zoo spoedig mogelijk weer te herstellen. Ook door
aankoop werd de collectie uitgebreid. De aanwinsten
zijn in een hierachter gevoegde lijst beschreven.
Herbenoemd werden door den Raad Mejuffrouw
W. van Alphen en door Zutphen Vooruit de Secretaresse.
De kas sluit met een voordeelig saldo van f 136,SI
hetgeen niet het geval geweest zou zijn als er geen
toevallige giften in geld waren ingekomen. De uitgaven
waren f 814,69, de inkomsten f 951,50. In 1919 waren
de uitgaven f 935,27, de inkomsten f 853,85. Mocht
het Museum worden herbouwd, dan zal f 800,ge
meentesubsidie te weinig blijken voor goede exploitatie
waaronder ook een behoorlijk salaris van den con
cierge moet worden gerekend en een voldoende uit
breiding van den inventaris.
De concierge J. Nieuwburg, de plaatsvervangende
concierge R. H. Jansen en de hulpconcierge H. Lam-
mers zijn tot groote tevredenheid van de Commissie
werkzaam geweest. De beide laatsfen kwamen na den
brand niet meer in functie.
De Commissie van Beheer,
D. MOLENAAR,
Voorzitter.
C. ENGELEN,
Secretaresse.
