Bijlage V.
8
den straatweg, daar het verhang der rivier gemiddeld
1 c M. per 100 M. en de afstand van de Hoven tot
aan het Geldersche Hoofd 2020 M. bedraagt, werd
het verhang dus 20 c.M., zoodat het behoud van deze
dammen van groot belang was. Op 5 Januari des
's morgens 8 uur werd 4 c.M. val geconstateerd, waar
door het gevaar voor overstrooming geweken was, en
daar de val bleef aanhouden konden reeds op 6 Januari de
dijkwachten voor het meerendeel worden ingetrokken.
Het bestuur van den Voorsterkleipolder heeft in
deze weinig activiteit betoond om overstrooming
van den polder en den Overmarsch te voorkomen. De
dijk verkeerde namelijk op verschillende plaatsen in
verwaarloosden toestand, terwijl door hen zoo goed
als niets is gedaan, om verbeteringen of herstellingen
aan te brengen. Ze hebben zelfs gedreigd met proces
verbaal indien in den dijk werd gegraven.
Het water bleef geleidelijk vallen en daalde tot 7 M.
N.A.P. waardoor van de gronden op den Over
marsch voor een groot deel het water weg geloopen
was. Plotseling werd echter weer was gemeld,
welke aanhield, en wel zóó, dat op 17 Januari op
nieuw een waterstand was bereikt van 8 56 M. -|- N.A.P.
op 18 Januari 8.70 M. en op 19 Janua-i een stand van
8.73 M., dus nog 15 c.M. hooger dan op 4 Januari,
een stand die sedert 12 Februari 1850 niet was voor
gekomen, daar toen de stand nog maar 8.69 M. -f- N.A.P.
bedroeg, eveneens bij open rivier. Alleen tusschen de jaren
1780 en 1820 waren nog hooger standen bereikt en
wel boven de 9 M., doch dit was tengevolge van
ijsgang en ijsverstoppingen der rivier.
Bijlage V.
9
De dammen van den eersten hoogen waterstand
waren nog blijven liggen en behoefden dus alleen
maar te worden versterkt en opgehoogd, waaraan
thans door belanghebbende bewoners in de Hoven
krachtig werd medegewerkt, en wel kosteloos.
Op het gedeelte dijk van den Voorsterkleipolder
tusschen het Geldersche Hoofd, en de boerderij de
„Wellenberg" werden tegen den wil van het polder
bestuur, van gemeentewege en door werklieden van
den heer M e ij j e s dammen gelegd over een afstand
van 1000 M., waardoor wegens het verhang der
rivier, minder water tegen de dammen langs den straat
weg kwam. Nog is gedamd langs de Keistraat van den
Vliegendijk, onder de spoorwegviaduct en voor de
huizen langs den straatweg naar Voorst.
Nog dient vermeld te worden dat op 19 Januari
's morgens omstreeks 9 uur een doorbraak plaats had
van den Brummenschen banddijk, bij d,e Reuversweerd
en wel over een lengte van 40 M. Geheel Corten-
oever werd hierdoor geinundeerd. Daar de doorbraak
plaats had tusschen het woonhuis van den heer
Colenbrander, en de stallen, werd vooral aan
de stallen en bestratingen groote schade aangericht.
Onmiddellijk na de doorbraak werden van wege het
polderbestuur, de duikers in den straatweg naar
Brummen gesloten en verder op enkele lage gedeelten
van den straatweg kistdammen gelegd, waardoor het
water voor den straatweg bleef, en Rienderen en
Oeken alsmede Voorstonden en de Achterhoven vrij
bleven.
Ook aan de omstreken van Zutphen, vooral ten
1 1