Bijlage N. 20 steeds de meeste zorg eischen. Het blijft zelfs nood zakelijk, met bet oog op de ergelijke vervuilingervan, wil verstopping van den afvoer voorkomen worden, dat ook des Zondagsmorgens de dagelijksche reiniging ervan plaats hebbe. Vooral bij de urinors met water spoeling levert deze verstopping veel bezwaar op. Dienst op de mestbergplaats. Onder verwijzing naar hetgeen omtrent het sorteeren van vuil op de mestbergplaats in het verslag over 1918 werd vermeld, kan thans worden medegedeeld, dat de pachter van het recht tot sorteeren van alle aange voerde vuil, na afloop van het contract over 1920, niet meer hiervoor in aanmerking wenschte te komen. Waar deze verpachting de gemeente slechts f 201,50 per jaar opbracht, en door de directie van gemeentereiniging geen prijs werd gesteld op dit vóórsorteeren, werd door de Commissie besloten Burgemeester en Wet houders te adviseeren niet meer tot verpachting over te gaan. Waar het vóórsorteeren niet meer op prijs wordt gesteld, en het nasorteeren toch van gemeente wege moet blijven geschieden, moet het sorteeren en verkoopen van het uitgesorteerde in eigen beheer, voor de gemeente belangrijk meer voordeel opleveren dan het nu afloopende contract. Het sorteeren van het aangevoerde vuil, betreft hoofdzakelijk het zooveel mogelijk, daaruit verwijderen van steenen, hout, hout wol, botten, glas, ijzer, papier, lompen, enz. Het niets waardige materiaal wordt naar de stortplaats vervoerd, terwijl de andere materialen zullen worden verkocht. Bijlage N. 21 Met 1 Januari 1920 wordt een begin gemaakt met het uitzoeken der waardige materialen in eigen beheer. De verdere afval van het aangevoerde vuil wordt tot vaal ten opgezet en met beer en slachtafval tot compost verwerkt. De aangevoerde beer wordt in twee putten, ieder van 300 M:!. inhoud, gestort en aan belanghebbenden verkocht. Ook dit jaar overtrof de vraag naar mest stoffen den aanvoer, zoodat voor den buitenboer geen beer beschikbaar werd gesteld. De verkoop geschiedt op het kantoor van gemeente reiniging, terwijl de betaling plaats heeft bij den Ge meente-Ontvanger. Geen meststoffen mogen worden afgeleverd dan op bons van het stempel van den Gemeente-Ontvanger voorzien. Waar in het afgeloopen jaar de mest onder de vele aanvragers werd gedistribueerd, gaf de toewijzing geen aanleiding tot gegronde klachten. De in het jaar 1917 opgezette varkensmesterij ter medevoorziening in den vleeschnood, werd tot Juli van het verslagjaar voortgezet. Ofschoon deze mesterij voor de gemeente een finantieel voordeel opleverde van f 1212,56 was de toestand in het afgeloopen jaar tengevolge van de daling van de vleeschprijzen van dien aard, dat de mesterij moest worden stopgezet, wilde men de behaalde voordeden niet weder verspelen. De toestand van het schaftlokaal was van dien aard dat op verbetering hiervan werd aangedrongen, en hiervoor gelden op de begrooting 1920 werden toe gestaan.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1919 | | pagina 246