Bijlage N. 18 Ophalen van slachtafval. Over het afgeloopen jaar was de hoeveelheid opge haalde slachtafval zeer gering, tengevolge van het slachtverbod. Openbare urinoirs en privaten. Het schoonhouden der privaten en urinoirs vereischte steeds de noodige zorg; meermalen toch komt het voor, dat deze ergerlijk vervuild worden. Dienst op de mestbergplaats. Alle uit de stad aangevoerde vuilnis wordt op de daar voor aangewezen plaats gestort. Huisvuil en asch worden onmiddellijk gesorteerd en steenen, glas, ijzer, botten, enz. hieruit, zooveel doenlijk is, verwijderd. Het spreekt van zelf, dat dit sorleeren van het vuil slechts tot op zekere hoogte kan worden doorgezet. Alle niet mest- waardige bestanddeelen kunnen niet worden verwijderd. Wilde men het sorteeren zoover doorvoeren, dan zouden oesterschelpen, kleinere aarden-of glasscherven, enz. ook dienen te worden gesorteerd, welk sorteer- loon den compostprijs te veel zou drukken. Ofschoon het uitzoeken van ijzer, beenderen, glas, papier, lompen, enz. is verpacht, is het van zelf sprekend, dat van gemeentewege nog weder opnieuw moet worden ge sorteerd, teneinde, voor den pachter geen waarde hebbende, hinderlijke bestanddeelen als steenen, takken enz. te verwijderen. Het verdient dan ook ernstige Bijlage N. 19 overweging, om, wanneer het contract met den tegen- woordigen pachter is afgeloopen, het sorteeren van waarde hebbende en geen waarde hebbende materalen geheel aan de gemeente te houden. De mestwaardige afval wordt tot vaalten opgezet en met beer tot compost verwerkt. De ingezamelde faecaliën van tonnenstelsel en beer putten worden gestort in twee groote beerreservoirs van 300 M3. inhoud ieder. Deze faecaliën worden deels gebruikt voor de mestbereiding, deels in de daarvoor bestemde ketels verkocht. Deze ketels ont vangen de koopers van beer gedurende een halven dag in bruikleen, waardoor het vervoer van deze mest stof door de stad zoo zindelijk mogelijk geschiedt. De vraag naar meststoffen bleef ook dit jaar sterk aanhouden. De verkoop geschiedt geheel op het kantoor der gemeentereiniging, in dien zin, dat de kooper aldaar aangeeft, wat hij wenscht te koopen hier ontvangt hij een bewijs van den verkoop, met welk bewijs hij, nadat betaling en afstempeling bij den Gemeenteontvanger heeft plaats gehad, het ge kochte op de mestbergplaats in ontvangst kan nemen. Alleen op de door den Gemeenteonvanger gestem pelde bons mogen door den beltopzichter meststoffen worden afgegeven. Waar aan een en denzelfden kooper slechts twee bakken beer per dag worden afgegeven, wordt, ter bevordering van een goede controle, niet anders dan twee bak per kaart toegestaan, zoodat iedere kaart slechts geldig is voor één dag. Voor een goede controle is een dergelijke maatregel noodzakelijk.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1918 | | pagina 244