Bijlage N.
2
Bij Raadsbesluit van 1 Juli 1918 werd de verorde-
mg regelende het getal, den rang, enz. van de
ambtenaren werkzaam bij de gemeentereiniging herzien
en het personeel uitgebreid met een stalbaas
Ook de bezoldiging der verschillende ambtenaren
7 olh imo''1 3,8 V°,gt bij Reisbesluit van
7 October 1918 vastgesteld
de directeur 1600i_ f
oe opzichter 900i
de beltopzichter soo,,200'_
de stalbaas
C k'Crk '00,1000 -
lerw'tl bovendien den directeur en den beltopzichter
hr,/o h °PZ' ',J% WCT<I 'degekcnd van de
into opbrengst, hieronder niet begrepen de baten
Zé: de l"'' W ££b™ik de verwisseihtg van
Bij besluit yan Burgemeester en Wethouders van
20 Augustus 1918, AfJ. Algemeene Zaken No 2783
wero met ingang van 1 September 1918 tot stalbaas
aangesteld A. Botferman cedcrf on F, ïn
-e<Jert 2ü Februari 1918
al., los stalbaas in gemeentedienst.
Hei ambfenaarspersoneel bestaat llians uit
15 0ctoberVm8.d£r S'aaii DlreC,e"r'
November 1902^Op "■'"gesteld 17
ja,u,arM9noade Vi)VC'' 0
berA'Z!"erma"' S'a'baaS' aa"Sesldd Septem-
Bijlage N.
3
J. Wakkerman s, Klerk, aangesteld 1 Januari 1912.
Bij den beperkten bureautijd bleek ook in het
afgeloopen jaar een tijdelijke hulp onmisbaar, zulks in
verband met liet voorkomen van een groot aantal
besmettelijke ziekten en de daaruit voortvloeiende
meerdere werkzaamheden.
Het ligt in de bedoeling door het gelijk maken van
den bureautijd op gemeentereiniging aan den werktijd
bij de andere takken van dienst, het ambtenaarsper-
soneel te beperken tot het in de verordening No. 11
van 1915 en No. 30 van 1918 vastgestelde aantal.
Ook kan de administratie nog belangrijk vereen
voudigd worden.
Werklieden.
Behalve eenige kleine wijzigingen in het Werklie
denreglement No. 36 van 1913, waartoe bij Raadsbe
sluiten van 10 Juni en 1 Juli 1918 werd besloten,
hadden de volgende wijzigingen plaats.
Bij raadsbesluit van 8 April 1918 No. 16 werd eene
nieuwe loonklasse indeeling vastgesteld en tevens het
aanvangsloon voor de eerste loonklasse van f 10,80
op f 12,42 gebracht. Als gevolg van deze wijziging
werden de vier periodieke verhoogingen van f 0,60
vervangen door 4 periodieken van f 0.54 en één
van f 0,27.
Bij besluit van den Raad van 9 December 19IS
werd met ingang van 1 januari 1919 het aanvangsloon
van f 12,42 op f 15,66 gebracht.