148
den daarop volgenden strengen vorst. De opbrengst
van het zaad van de rogge was dit jaar echter aan
merkelijk hooger.
De opbrengst aan zaad bedroeg gemiddeld 45 H.L.
per H.A. voor de winterrogge en 35 H.L. per H.A.
voor de zomerrogge. De geteelde soorten waren
hoofdzakelijk Petküser voor de zandgronden en
Zeeuwsche en Gulickerrogge voor de kleigronden.
De oogst kwam zeer goed binnen. Alle rogge werd
vanwege de regeering aangekocht voor menschelijk
voedsel, alleen zaaizaad mocht door de landbouwers
voor den volgenden oogst behouden blijven.
Voor de geleverde rogge werd f 19,— perlOOK.G.
besteed. Dit jaar kon geen maïs in ruil voor de rogge
worden geleverd, omdat geen aanvoer van maïs
plaats had.
Haver.
Het aantal H.A. beteeld met haver was ongeveer
gelijk aan dat van het vorige jaar. Van gemeentewege
werd ook dit jaar ruim 2 H.A. weiland gescheurd en
met haver bezaaid, waarvan de opbrengst goed was.
Het stroo was korter dan de vorige jaren. De zaad
opbrengst was niet meer dan middelmatig. Vooral had
men dit op de lagere zandgronden, waar het onkruid
te welig had kunnen tieren. De kwaliteit was over
het algemeen slecht, in gewicht viel ze niet mee.
De oogst kwam vrij goed binnen.
De verbouwde soorten waren Probsfeijer-, Zege-,
en Groningerhaver. Enterzaad was ook dit jaar tenge
volge van de sluiting der grenzen voor dit artikel
149
niet te krijgen. Vanwege de Maatschappij van Land
bouw werd namens de Regeering zooveel mogelijk
voor zaaihaver gezorgd, tegen den kostenden prijs.
De haver werd den landbouwers gelaten en in mindering
gebracht voor de distributie van veevoeder.
Boonen.
De beteelde grond met boonen was grooter dan
in 1916. Als oorzaak kan men hiervoor aanvoeren dat
wegens de groote behoefte aan krachtvoeder de teelt
is uitgebreid.
De opbrengst was zeer goed.
Erwten.
Ook de beteelde oppervlakte van erwten was dit
jaar grooter. De opbrengst was zeer goed. Een deel
der tuintjes tot vermeerdering van volksvoedsel werd
er mede bebouwd, en de oogst werd in hoofdzaak
voor eigen gebruik gebezigd.
Gedroogd mocht ook dit gewas dit jaar niet wor
den verhandeld.
Stamboonen.
De met stamboonen beteelde oppervlakte was grooter
dan in 1916. Op het verzoek van den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel om meer stamboonen
te teelen voor menschelijk voedsel werd ingegaan.
De tuintjes voor vermeerdering van volksvoedsel
werden voor een deel met dit gewas beteeld. De