20 schenking verbonden last voor de gemeente te bezwarend was. Aangezien de Commissie bij schrijven van 16 December 1917 mededeelde, dat niet geeischt wordt, dat de muziektent ge bouwd zal worden in dezen tijd, waarin de omstandigheden wel het minst gunstig zijn, ja geen termijn wordt gesteld waar binnen aan den last voldaan moet zijn, besloot de Raad in de vergadering op 8 Januari 1917 het aanbod van de commissie te aanvaarden. 5 Maart. In deze raadsvergadering kwam in eene aanschrijving van Gedeputeerde Staten van Gelderland d.d. 7 Februari 1917 inzake de oprichting van een provincialen keurings dienst van levensmiddelen (uitgezonderd vleesch en visch), genotmiddelen en andere artikelen. Uit de aanschrijving blijkt, dat Gedeputeerde Staten bereid zijn een voor stel aan de Staten te doen, zoo de toetre ding van een aantal gemeenten met een gezamenlijk minimum van 400.000 inwoners gewaarborgd is. De jaarlijksche bijdragen der gemeenten zullen, naar Gedeputeerde Staten mededee- Ien, in geen geval een bedrag van 10 cent per inwoner te boven gaan. De Raad besloot Burgemeester en Wet houders te machtigen Gedeputeerde Staten te berichten, dat de gemeente Zutphen 21 gaarne gebruik zal maken van de gelegen heid om zich bij den op te richten provin cialen keuringsdienst aan te sluiten. 5 Maart. In de raadsvergadering van 11 Dec. 1916 werd door den heer M. J. Mulders eene motie ingediend waarbij Burgemeester en Wethouders worden uitgenoodigd een voor stel in te dienen betreffend winkelsluiting. Deze motie werd later door den heer Mul ders in dier voege gewijzigd, dat daarin de bedoeling werd uitgedrukt, dat de regeling slechts van fijdelijken aard zoude zijnde voorsteller koestert de verwachting, dat zij later overbodig zal zijn en dat belangheb benden, al zal zij op den duur vervallen, nochtans met het sluiten hunner winkels vrijwillig zullen voortgaan. De Raad stelde 8 Maart 1917 eene ver ordening op de winkelsluiting vast onder bepaling, dat zij van rechtswege ophoudt te gelden met den datum, waarop de ver ordening op de beperking van gebruik van gas en electriciteit wordt ingetrokken. 2 April. In de raadsvergadering van 6 November 1916 werd besloten om het eerste gedeelte van het Coenerspark op te hoogen en te bestemmen als bouwterrein voor handel en industrie. Toen met de ophooging een begin zou worden gemaakt, bleek, dat het gewenscht was tegelijkertijd over te gaan tot aanplemping van den Oostelijken hoek

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1917 | | pagina 12