Bijlage Q.
VERSLAG van den toestand van het MUZIEK
KORPS en zijne verrichtingen over het
jaar 1914.
Met den aanvang van dat jaar brak er voor het
korps eene nieuwe periode aan.
De in den loop van 1913 opgerichte vereeniging tot
beheer van een muziekkorps benoemde uit een 16 tal
sollicitanten tot kapelmeester den heer F. ENOELSMA
2e kapelmeester bij de Stafmuziek der Koninklijke
Nederlandsche Weerbaarheids-Vereeniging te Amster
dam. Deze nu aanvaardde met 1 Januari die betrekking
bij het korps.
Reeds op 2 Januari werd een aanvang gemaakt met
de repetities, die gedurende het geheele jaar geregeld
des Maandags en Vrijdags werden gehouden.
Van de 16 aangekondigde openbare zomer-uitvoerin-
gen hebben er 6 plaats gehad. De overige zijn of van
wege het slechte weer óf wegens gebrek aan eene
behoorlijke plaats niet doorgegaan.
Tengevolge van den gespannen toestand, die de
groote Europeesche oorlog in ons land deed ontstaan,
werd het geven van de concerten, vastgesteld voor de
maanden Augustüs en September, niet wenschelijk ge
oordeeld.
Van die 6 openbare uitvoeringen hebben plaats ge
had één op het bordes van het Volkshuis gelegen aan