zl
88
waarvan 250 mannen en 249 vrouwen. Gedurende
1913 werden opgenomen 57 mannen en 47 vrouwen
erwijl 23 mannen en 23 vrouwen de inrichting hersteld
of verbeterd konden verlaten; 6 mannen en 3 vrouwen
werden overgeplaatst naar andere gestichten, en 31
mannen en 26 vrouwen overleden.
Einde 1913 waren alzoo aanwezig 247 mannen en
244 vrouwen, totaal 491 patiënten, naar de Provincie
hunner herkomst verdeeld als volgt:
89
PROVINCIËN.
Mannen.
Vrouwen.
a
o3
O
43
Klassen.
Totaal.
1
Klassen.
Totaal.
1
2
3
4
1 2
3
1 4
Gelderland.
HC
11
9C
124
i:
c
92
1 IQ
243
Groningen.
1
IQ
20
2
1
25
28
48
Drenthe.
2
15
17
2
18
20
37
Zuid-Holland.
2
2
1
5
1
1
2
7
Noord-Holland.
l
1
3
57
62
3
4
52
59
121
Zeeland.
1
1
1
Utrecht.
1
2
3
1
1
2
5
Overijssel.
2
4
2
8
1
1
6
8
16
Friesland.
1
3
4
1
1
2
4
8
Limburg.
Noord-Brabant.
1
1
2
2
3
Vreemdelingen.
1
1
2
-
2
6
is:
>81
95:
>47
71:
>2:
>8
187:
144
191
Ingevolge art. 38 van het Reglement werden ge
durende 1913 op last van het Gemeentebestuur ver
pleegd 29 mannen en 29 vrouwen, samen 58 patiënten.
S—
(D
C
<D
03
O
f—