Bijlage M.
46
de bepalingen der Verordening, opgenomen in Gem.
Blad No. 201, de onder 11 genoemde onder die van
Gem. blad No. 199.
Voor de werkzaamheden aan de filters, enz. werden
losse werklieden in dienst genomen, terwijl ook in dezen
zomer, tijdens het groote waterverbruik, gedurende
meerdere weken een losse arbeider dienst deed als
hulpstoker.
Op 31 December 1913 waren ten laste der Water
leiding de volgende pensioenen:
a. die, welke geregeld zijn bij verordening, opge
nomen in Gem. Blad No. 204
f 136,04 voor J. A. Dijkland, gewezen Adj. boekhouder,
besluit Burgemeester en Wethouders 14 Nov. 1911.
f 431,— voor P. van der Sman, gewezen fitter, besluit
Burgemeester en Wethouders 23 October 1912.
b. die, welke geregeld zijn bij Verordening, opgeno
men in Gem. Blad. No. 205
f 300,— voor Wed. M. Spaanderman, besluit van
Burgemeester en Wethouders d.d. 21 September 1909.
In verband met de bepalingen van het Werklieden-
reglement (Gem. Blad No. 199) is in den loop van
dit jaar uitbetaald:
f 22,50 ingevolge art. 31 (loon op feestdagen niet
vallende op Zondagen)
1 gi 32 (uitkeering bij ziekte)
_J_ 37 verzuim)
„11,50 38 verlof)
Totaal f 35,91
Eén werkman verzuimde wegens ziekte één dag.
Straffen werden niet toegepast.
Bijlage M.
47
Toestand der inrichting.
Gebouwen aan het pompstation.
De woningen werden uitwendig geverfd, nadat het
houtwerk van enkele ramen in orde was gebracht.
Overigens had het gewone onderhoud plaats.
Stoomwerktuigen en ketels.
Met het oog op mogelijke wijziging in de opvoer-
werktuigen van het water had in dit jaar alleen het
gewone onderhoud aan de stoomwerktuigen plaats.
In het begin van 1914 zal echter één machine grondig
nagezien en gerepareerd moeten worden, teneinde in
den druksten tijd voor een goede werking gewaarborgd
te zijn.
Aangezien van de Gasfabriek niet zooveel bries be
trokken kon worden als het vorige jaar en pogingen
aangewend om van andere fabrieken bries te verkrijgen
faalden, werd bijna het geheele jaar met twee ketels
gewerkt, waardoor veel kalmer gestookt kon worden
en niet zooveel steenkolen noodig waren. Een middel
om het stoomverbruik te verminderen werd niet ge
vonden.
Een afdoende wijziging blijft noodig, in de eerste
plaats met het oog op het hooge stoomverbruik, in
de tweede plaats met het oog op de geringe capaciteit
der machines.
In dit jaar moest nog gedurende 144l/4 uur met de
beide machines naar de stad gepompt worden.
