Bijlage O. 26 VI. Uitgewerkt overzicht van de opbrengst Totaal inkomen. Totaal belastbaar inkomen. c <u '5j Totaal bruto opbreugst der belasting. Aantal inwoners op 31 Decemb. 1. 2. 3. 4. c/> 5. 6. 1908 f 3717475, f 2371325. 4.2 1909 3971782, 2601407, 4.1 1910 4127302, 2701234, 3.6 1911 5109440,— 3211496.— 1.6 0.95 tot 1912 5406550,— 3422198,— 4. 1.35 O 7. 8. 9. f 99595,65 18536 106664,56 18620 97373,26 18430 85750,86 18451 132953,29 18144 Deze staat doet o.a. zien dat tot heden zoowel liet zuiver als (en dit spreekt wel van zelf) het belastbaar inkomen steeds vooruitgaande is. Men mag dit resultaat veilig toeschrijven aan de werking der huidige controle.: immers geven in het algemeen de geringe stijging van het zielental der gemeente of andere fac toren (b.v. het zich vestigen van hoogst-aangeslagen, dat weinig- of nooit voorkwam) hiertoe geen aanleiding. De achteruitgang van het getal inwoners in 1912 (verplaatsing der Koloniale Reserve) heeft nog op geen der bedragen van Bijlage O. 27 der belasting gedurende eenige jaren. Aantal aangesla genen. Per inwoner bedroeg Aantal aange slage nen (ook foren sen) per 1000 inwo ners. Vermeerdering of van vermindering 5 b/) Ingezetenen. c <v (f) D s_ O LL. rt O H het zuiver inko men. de bruto belas ting. het zuiver inkomen. het belastbaar inkomen. de bruto belasting. het aantal aange slage nen. c 15 i— 3J rt 10. li 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20 2815 19 2834 f200,55 f 5,37 152 3026 26 311735 344447 3824142 3052 3152 3491 3876 213,30 224,21 267,37 297,99 5,70 5,28 4,64 7,32 164 171 186 217 meer f 254307,— meer 155520, meer 982138, meer 297110, meer f 230082,— meer 9827,— meer 510262, meer 210712,— meer f 7068,91 minder 9291,30 minder 11622,40 meer 47202,43 meer 218 meer 100 meer 339 meer 285 dat jaar eenigen invloed gehad, vermits de cijfers zijn genomen van het primitief kohier en de betrokken aangeslagenen eerst in den loop van het dienstjaar vertrokken. Vooruitgang als hierboven genoemd, doet zich eveneens voor bij het zuiver inkomen per hoofd der bevolking (kolom 13j en bij de brutobelasting per inwoner (kolom 14); de achteruitgang in 1910 en 1911 vindt zijn oorzaak in de mindere heffing aan belasting in totaal (zie ook kolom 18 voor die jaren) over het geheele dienstjaar.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1912 | | pagina 221