144 Aan W. O. van Eijbergentot het oprichten van een broodbakkerij in de Laarstraat no. 7. Bij Kon. Besluit van 30 Juli 1910 is aan M. Hiemstra en zijne rechtverkrijgenden voorwaardelijk vergunning verleend tot het oprichten van een slachtplaats van vee in het perceel aan de Bornhovestraat no. 41. b. Vervening. Bestaat in deze Gemeente niet. c. Mijnwezen evenmin. d. Visscherij. Slechts weinig ingezetenen vinden hierin een middel van bestaan. De opbrengst van de aan den afslag aangevoerde zee- en riviervisch bedroeg in 1910 13865,77 tegen 14645,90 in 1909. III. Handel en Scheepvaart. a. Binnenlandsche Handel. Markten (niet vermeld in Hoofdstuk XI, Landbouw en Veeteelt.) Hiertoe behooren de linnenmarkten. Aangevoerd werden aan: Wit linnen 406 stukken, 8200 slagel, middenprijs per slagel 0,48. Grijs linnen 8 190 per slagel 0,41. Pellen 67 824 meter, per meter 0,43. 145 Aan den Gemeente-ijker werden 7 botervaten voor den ijk aangeboden, waarvan geen is afgekeurd. In den op de Veemarkt aanwezigen stal werden tijdelijk 3062 stuks vee gestald. Het stalgeld bedroeg 153,10, de marktaanvoer bedroeg 5530 stuks vee, de opbrengst aan marktgeld 276,50. b. Bnitenlandsche Handel. Te dien opzichte wordt verwezen naar de hierna volgende staten van in- en uitvoer. c. Scheepvaart langs de rivieren, kanalen en vaarten. Wij geven hiervan een overzicht door den na volgenden

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1910 | | pagina 74