120 meer gunstig gelegen gronden, zooals de in 1909 aan gekochte bezittingen, of in soliede hypotheken. In 1910 werd belegd onder hypothécair verband 6000,—. Provisoren zijn de heeren Mr. J. B. Sölner, President. H. W. Massink, Secretaris. S. J. Meyjes. L. G. Maaldrink. F. IJpey Jr. De heer Meyjes werd als zoodanig door den Gemeen teraad in December herkozen. Rentmeester is de heer H. Kuipers. Over 1909 bedroegen de gewone ontvangsten 52953,90 uitgaven 44801,79A Saldo 8152,104 Burgerweeshuis. In het College van Provisoren kwam in 1910 geen verandering; dat College was op 31 Dec. van dat jaar samengesteld als volgt: de heer G. J. Garsen, President. W. J. Schillemans, Secretaris. G. Lijsen. L. Albers. Rentmeester-weezen vader was de heer G. J. Kobus en weezenmoeder diens echtgenoote P. Kobus Leopold. Het toezicht over de landerijen en bosschen bleef 121 opgedragen aan J. Walgemoed. De gebouwen in de stad waren onder toezicht van den architect H. A. Ezerman. Onder de zorgen van het Weeshuis stonden in 1910 17 weezen. Behalve deze weezen, bedroeg het aantal heele en halve weezen, dat ondersteund werd, 147. De ge zondheidstoestand der ondersteunden was gunstig. Aan den cursus in de nuttige handwerken namen deel een 45 tal leerlingen. Acht meisjes volgden den cursus in het koken in het Volkshuis en 12 meisjes ontvingen daar onderwijs in het strijken en het opdoen der wasch. De Industrieschool werd door eenige meisjes en de Ambachtsschool door eenige jongens bezocht. De gebouwen, landerijen en bosschen werden goed onderhouden. Met de ontginning van grond werd voortgegaan. De rekening der Instelling sloot over 1909, wat de gewone ontvangsten en uitgaven betreft, met een batig saldo van 9160.S41/..- Gebroeders Bakkers Weeshuis. Het bestuur dier Instelling bestaat uit de Regenten: J. Lindeboom, Voorzitter. H. A. A. van Elk, Vice-Voorzitter. M. Bransz, Penningmeester. M. G. A. Lijsen, Vice-Penningmeester. A. G. Biemond, Secretaris. Laatstgenoemde is benoemd in de plaats van den

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1910 | | pagina 62