Bijlage O. 4 deld over het geheele jaar 105, waarvan 35 met vrij stelling van schoolgeld; over 1909: 117 en 42.) Op de school in de Bornhovestraat 63 kinderen (gemiddeld over het geheele jaar 66; over 1909: 63.) Het subsidie, door de Gemeente verleend voor de scholen aan den Paardenwal en in de Hoven, bedroeg 4255,95 (begrooting 4923,—.) Voor de school in de Bornhovestraat bedroegen de uitgaven 1646,80V?, terwijl aan schoolgelden werd geïnd 592,80, zoodat het jaarlijksch crediet van 1000, met 54,00'/2 overschreden werd. Gebouwen en lokalen der scholen verkeerden bij voortduring in voldoenden toestand. Aan de woning van het hoofd der school in de Hoven werden vóór de komst van Mej. VAN DEN AKKER de noodige her stellingen en verbeteringen aangebracht. Aan de school in de Bornhovestraat zou in het belang van het on derwijs een derde lokaal zeer gewenscht zijn. Tegen dezen uilbouw bleken evenwel bij Provisoren van het Bornhof, van wie de Commissie de school in huur heeft, overwegende bezwaren te bestaan. Tegen het einde van het jaar werd door de Com missie aan Burgemeester en Wethouders het verzoek gericht het daarheen te willen leiden, dat het toezicht der schoolartsen ook tot de bewaarscholen wordt uit gestrekt, een maatregel, die zeker heilzaam zal kunnen werken. Geregeld werden de scholen door de Dames-leden der Commissie bezocht. De samenstelling der Commissie onderging in den loop van het jaar belangrijke veranderingen: Bijlage G. 5 De Penningmeester, de heer C. G. Lagerwey, werd door Burgemeester en Wethouders bij besluit van 25 Juni tot Voorzitter der Commissie aangewezen en in zijne plaats werd bij besluit van 25 October tot Penningmeester benoemd de heer H. ROELOFSZ. Van de Dames-leden der Commissie waren er drie, Mevr. SURINGAR, geb. DE CHATELEUX, Mevr. STOLK, geb. STEENLACK en Mevr. SCHUKKING, geb. DOMMERS, die het oogenbiik gekomen achtten om ontslag te ne men. In de vergadering van 7 October namen zij af scheid van de Commissie, bij welke gelegenheid de Voorzitter uit aller naam tot de drie aftredende leden een woord van dank richtte voor alles, wat zij gedu rende tal van jaren voor de bewaarscholen hadden gedaan. Achtereenvolgens werden door Burgemeester en Wet houders in hare plaats benoemd bij besluit van 1 Juli Mevr. MULDER, geb. MiiLLERbij besluit van 13 Sep tember Mevr. HAVERKORN VAN RlJSEWIJK, geb. SöLNER, en bij besluit van 9 December Mevr. SCHILLEMANS, geb. Tigler Wybrandi. De Commissie voor de Bewaarscholen, C. G. LAGERWEY, Voorzitter. D. BRUINS, Secretaris.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1910 | | pagina 149