Bijlage E. 16 In Januari werden de heeren J. P. MUIJDERMAN en Dr. M. E. VAN DE WERK herbenoemd, de eerste als Voorzitter, de tweede als Secretaris. De scholen werden geregeld bezocht. Aan Burgemeester en Wethouders werden verschil lende adviezen uitgebracht. Door een der leden der commissie werd aan de hoofden der openbare scholen een vragenlijst gezonden, ten einde eenigszins op de hoogte te komen van het aantal zwakzinnigekinderen op die scholen. Na kennisname van de ingekomen antwoorden be sloot de Commissie een sub-commissie te benoemen tot het instellen van een nader onderzoek. Die sub commissie wordt gevormd door de heeren Bijl en VAN DE Werk, terwijl, op uitnoodiging der commissie, de heeren VAN LENNEP, neus- keel- en oorarts en WEISFELT, hoofd eener school, zich bereid hebben verklaard aan het onderzoek deel te nemen. De be doelde sub-commissie is met dat onderzoek reeds aangevangen. Er werden 12 vergaderingen gehouden, die ten deele werden bijgewoond door den arrondissements-school- opziener. De districts-schoolopziener was op eene ver gadering aanwezig. De tegenwoordigheid dezer auto riteiten wordt door de Commissie steeds op hoogen prijs gesteld. De Plaatselijke Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs, B. E. ONDERWATER, Voorzitter. VAN DE WERK, Secretaris. ZüTPHEN, 7 Februari 1911.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1910 | | pagina 137