Bijlage B.
12
7. Eindelijk is nog een klacht over stank onderzocht
in de Halterstraat. Een bewoner klaagde over stank ko
mende uit een put en riool. De put bleek bij onderzoek
waterdicht en van een stankscherm voorzien. De eigenaar
vermoedde, dat de stank veroorzaakt werd door een put
op straat, waarin de omwonenden allerlei vuil wierpen,
ook deze put is schoongemaakt.
Ten einde te gemoet te komen aan enkele klachten
omtrent onvoldoend gereinigde tonnen, is voor het schoon
maken van de privaattonnen een derde bak aangebracht,
zoodat nu de tonnen eerst gespoeld, in een tweeden bak
gewasschen en in den derden bak gedesinfecteerd worden.
Ook aan de sluiting der tonnen is eene verbetering aan
gebracht, waardoor voorkomen wordt, dat de ton tijdens
het vervoeren open springt.
In de wijze van verzameling en vervoer naar de mest-
bergplaats van den afval van slachterijen is nog geen ver
andering gebracht.
D. Begraafplaatsen.
Hieromtrent zijn geen mededeelingen te doen.
HOOFDSTUK IV.
V olkshuisvesting.
In het jaar 1908 waren een aantal woningen door de
Commissie aangewezen aan het Gemeentebestuur als on
geschikt ter bewoning, doch door aanbrengen van de
Bijlage B.
13
noodzakelijke verbeteringen alsnog in bewoonbaren staat
te brengen.
Bij schrijven van 29 Januari is van het Gemeentebestuur
bericht ontvangen
1. dat aan de woning aan het Hoogestraatje no. 72/74
de gewenschte verbeteringen zijn aangebracht.
2. dat de zes woningen aan de Lievenheersteeg no. 50,
52, 54, 56, 58 en 60 volgens de voorschriften zijn ver
bouwd en verbeterd.
3. dat de acht woningen aan den Paardenwal, no. 7,
7, 9, 9, 11, 11, 13 en 15 zijn ontruimd en door den nieu
wen eigenaar zullen worden afgebroken, (hetgeen sedert
is geschied)
4. dat de elf woningen in de z.g. Veldmaatsgang aan
de Laarstraat no. 71/73, 75, 77, 79, 81, 83, 87, 89, 91/93,
95/97 en 99 gedeeltelijk zijn afgebroken, en dat met de
verbetering der andere woningen, volgens goedgekeurd
plan een aanvang is gemaakt.
Aan den Raad werd een verzoek ingediend tot intrek
king van het Raadsbesluit van 3 Juni 1907 waarbij onbe
woonbaar zijn verklaard de woningen Beekstraat no. 16 en 18«.
Geadviseerd is de onbewoonbaarverklaring te handhaven,
omdat de indertijd geëischte verbeteringen niet alle waren
aangebracht.
De Gemeenteraad heeft het verzoek tot intrekking ge
weigerd.
Nadat de eigenaar ook de vloeren had hersteld is hij
op zijn verzoek teruggekomen en heeft de Gezondheids
commissie geadviseerd de onbewoonbaarverklaring op te