Bijlage B. 6 Van de overledenen waren 39 kinderen beneden een jaar, 23 kinderen van 15 jaar. Zoodat de sterfte van kinderen beneden één jaar 13,49 °/o en die der kinderen van 1—5 jaar 7,95 u/o der totale sterfte bedraagt. Het totaal der overleden kinderen minder dan één jaar oud bedroeg 39 of 9,37 °/o van het aantal levend geboren kinderen. In het jaar 1908 bedroeg dit voor het Rijk 12.49 °/o. De badgelegenheden bevinden zich in goeden staat, tengevolge van den kouden zomer is van de buitenbaden, zoowel aan de Graaf Ottosingel als in den IJsel minder gebruik gemaakt. (Zie Bijlage III). HOOFDSTUK III. Toestand van water, bodem en lucht en hetgeen tot verbetering daarvan is verricht. A. Waterloopen, slooten, enz. In December 1908 zijn door het Gemeentebestuur aan de Commissie de plannen ingezonden tot uitbreiding van het rioolstelsel in de Hoven. In de vergadering van 30 December 1908 is een Com missie benoemd om de plannen te onderzoeken en praead- vies uit te brengen. Uit het rapport der Sub-Commissie blijkt: „In de Hoven is aanwezig een rioleering van enkele straten ten noorden van den spoorweg en op kleinere schaal ook bezuiden den spoorweg. „De rioleering ten noorden van den spoorweg mondt uit in de noordelijke spoorsloot van den Staatsspoorweg, Bijlage B. 7 die verderop dezelfde is als de noordelijke spoorsloot van de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij. „De rioleering ten zuiden van den spoorweg vindt haren afvoer: 1°. door de viaduct onder den spoorweg in aan sluiting met een aldaar aanwezig Rijksriool, dat weder uitloost in de gemelde noordelijke spoorsloot; 2° door een slootje langs den Tondenschen weg en een slootje langs een Gemeente-weiland, dat uitloopt in de zuidelijke spoorsloot van den Staatsspoorweg. „Aldaar bevindt zich een duiker in den dijk van den Staatsspoorweg, waardoor het rioolwater wordt gebracht in de zuidelijke spoorsloot van de H. IJ. S. M., vervolgens op de Voorstondensche beek, langs den Ouden ljssel, de Hoendernester beek en de Hoendernester sluis in den ljssel. „Gedeeltelijk loopt de Voorstondensche beek samen met de zuidelijke spoorsloot van de H. IJ. S. M. „Het rioolwater, dat gebracht is op de noordelijke spoor sloot van de H. IJ. S. M. komt door deze sloot en een duiker onder de H. IJ. S. M. ook in de Voorstondensche beek terecht. „In de rioleering benoorden den spoorweg wordt niets veranderd. Er wordt uitbreiding gegeven aan de rioleering van verschillende straten ten zuiden van den spoorweg, zoowel aan die welke uitloozen door het viaduct op de noordelijke spoorsloot van de H. IJ. S. M. als aan die welke uitloozen langs den Tondenschen weg op de zui delijke spoorsloot van de H. IJ. S. M. „Behalve de zeer wenschelijke verbetering in de riolee ring van een aantal woningen brengt dit plan als hoofd zaak verbetering in den vervuilden toestand van de ge noemde sloot langs den Tondenschen weg en langs het

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1909 | | pagina 93