106 J. H. Ch. Rauwenhof te Epe. W. S. J. Tenkink te Ambt-Doetinchem. J. L. Pauwen te Pannerden. R. W. Wigman te Zutphen. H. A. Huender te Eibergen. S. A. K. Baron van Nagell te Warnsveld. Personeel. Aangezien gedurende het winterhalfjaar 1908/09 onderwijs werd gegeven aan twee klassen, was het niet wel mogelijk om den Heer H. D. Zelders weder om te belasten met het geven van onderwijs in Neder- landsche taal en Wiskunde. In verband hiermede werd bij Ministerieel Besluit van 30 September 1903, No. 8517, Afdeeling Onderwijs, de heer A. Weisfeit te Zutphen benoemd tot tijdelijk leeraar in genoemde vakken. Overigens kwam geen verandering in het personeel. De Heer B. van der Burg, leeraar in zuivelbereiding, kon wegens ongesteldheid gedurende de maanden December en Januari geen les geven; op de hierdoor vrijkomende uren werd onderwijs gegeven in kennis van den grond, bedrijfsleer en bijzondere plantenteelt. Overigens kwam geen ziekte onder het personeel voor. Op enkele dagen moest verwisseling van lessen plaats hebben tengevolge van werkzaamheden van den Directeur als Rijkslandbouwleeraar. De Leerlingen. Het toelatingsexamen werd gehouden op 29 Sep tember 1908, waaraan 22 candidaten deelnamen van de eerste en één van de tweede klasse. Hiervan 107 slaagden 21 voor de eerste klasse, terwijl de candidaat voor de tweede klasse ook kon worden toegelaten. De eerste klasse begon met 22 leerlingen en eindigde met 20. De tweede klasse begon met 15 leerlingen en 1 toehoorder en eindigde met 15 leerlingen en 2 toehoorders. Behalve één leerling, die wegens ongesteldheid van 12 October—2 November het onderwijs niet kon volgen, kwam ziekte weinig voor. Het gedrag der leerlingen was goed. De toehoorders als leerlingen beschouwende reisden 22 heen en weer met trein, tram of fiets; van 3 leer lingen woonden de ouders te Zutphen, terwijl 12 gedurende het winterhalfjaar te Zutphen gehuisvest waren. Beurzen werden niet toegekend. Kosteloos werden geen leerlingen toegelaten. Het Onderwijs. Wegens den min gevorderden stand der herfstwerk- zaamheden op het land, begonnen de lessen niet eerder dan 12 October; ze eindigden op 31 Maart voor de eerste en op 8 April voor de tweede klasse. De leeraar in veeteelt maakte veel gebruik van de cavalleriestallen te Zutphen, terwijl verder excursies werden gemaakt naar enkele tuinderijen en kweeke- rijen in de omgeving; naar Lunteren, Bennekom en Wageningen ter bezichtiging van proefvelden, ont ginningen, vee enz.; naar Groningen en Friesland ter bezichtiging van verschillende boerderijen en van de groote keuring van fokvee te Leeuwarden; naar ont-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1908 | | pagina 55