112 van boomgewas werd voortgegaan. Ook nu weder werd vee! werk gemaakt van den aanplant van peppels. In 1907 werd verkocht het erve Elshof, voor 21000,— en verder perceelen heide-, wei- en bouw grond voor 7695,05. Deze bedragen werden in hypotheken belegd, wat eene belangrijk meerdere opbrengst gaf. De levering van enkele levensmiddelen werd in het openbaar aanbesteed. Vleesch, vet, brood, boter, enz. werden tegen overeengekomen prijzen geleverd. Provisoren zijn de Heeren Mr. J. B. Sölner, President. H. W. Massink, Secretaris. S. J. Meyjes. L. O. Maaldrink. F. IJpey Jr. Rentmeester is de heer J. van Dam. Over 1906 bedroegen de gewone ontvangsten/59305,95i* uitgaven 39668,35.} Saldo ƒ19637,60 waaronder 10903,74 als saldo over 1905. Burger Weeshuis. In het College van Provisoren kwam in 1907 geen verandering; dat College was op 31 Dec. van dit jaar samengesteld als volgt: de heer G. J. Garsen, President. W. J. Schillemans, Secretaris. G. Lijsen. L. Albers. 113 De betrekking van Rentmeester-weezenvader werd vervuld door den heer G. J. Kobus en die van weezenmoeder door zijne echtgenoote P. Kobus— Leopold. Het opzicht over de landerijen enz. bleef opge dragen aan J. Walgemoed. De gebouwen in de stad waren onder toezicht van den architect H. A. Ezerman. Onder de zorgen van het Weeshuis stonden in 1907 23 weezen. Buiten het Gesticht werden 22 weezen verpleegd, terwijl 1 wees tijdelijk in het Gesticht werd opgenomen. Behalve deze weezen, bedroeg het aantal heele en halve weezen dat ondersteund werd 161. Aan den cursus in de nuttige handwerken namen deel 54 leerlingen. De lessen werden gegeven in het Burger Weeshuis. Acht meisjes volgden den cursus in het koken in het Volkshuis en 12 meisjes ontvingen daar onderwijs in het strijken enz. Acht kinderen bezochten de Kunstnijverheidschool, 3 jongens de ambachtsschool te Arnhem, 2 kinderen waren op de Huisvlijtschool, terwijl eenige jongens de Burgeravondschool bezochten. De eigendommen in de stad werden goed onder houden. Op de landerijen en bosschen werd behoor lijk toezicht gehouden, terwijl die eigendommen, waar noodig, werden verbeterd. De gezondheidstoestand der ondersteunden was over 't algemeen gunstig. De rekening der Instelling sloot over 1906, wat de gewone ontvangsten en uitgaven betreft, met een batig Saldo van 7047,17.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1907 | | pagina 58